Op een toegankelijk 2015!

13191733415_5c68050798_z

Al iets meer dan een half jaar zoek ik mijn weg naar Sloterdijk voor mijn werk. Toen ik net bij Telfort begon schreef ik al een stukje over de obstakels tijdens het reizen naar mijn werk met het openbaar vervoer. Dit is onder ogen gekomen bij Laura Steur accountmanager bij het GVB. Zij hebben mij uitgenodigd om te spreken over deze obstakels. Dit is natuurlijk een hele mooie gelegenheid om de knelpunten tijdens het reizen met een beperking kenbaar te maken aan het vervoersbedrijf. Aan het einde van november was dan ook werkelijk het gesprek met Laura Steur en Inge Vermeulen, directeur Operatie.

Op deze woensdagmiddag vertrok ik eerder van mijn werk om de weg te vinden naar de Arlandaweg. Het grappige is dat ik, bij vertrekken uit het KPN-gebouw, meteen de goede kant op reed. Toch ik zag nergens het naambordje. Daardoor kwam ik iets verder op terecht bij Station Sloterdijk. Daar wat rondgehangen en zoekend kwam ik er uiteindelijk weer. Het was heel vreemd dat ik er voorbij reed, want GVB stond groot op de gevel. Daar aangekomen dacht ik dat ik een pijl zag dat de ingang voor mindervaliden aan de achterkant was. Maar de portier rende al achter mij aan en ik kon wel gewoon via de voorkant erin. Door dit gedoe was ik al een beetje laat. De assistente van Inge Vermeulen leiden mij naar de kamer waar ik het gesprek zou hebben.

Ik kreeg het gevoel dat het beetje later komen niet zo erg was. Na dat koffie werd aangeboden en een lekkere koek gingen we van start. Ik vertelde over mijn ervaring van afgelopen zomer. Dat het voor de buschauffeurs niet duidelijk is of ik met mijn elektrische rolstoel de bus mag nemen. Dat de buschauffeurs, die rijden in oudere bussen, niet weten dat of hoe ze de plank uit moeten leggen. En zelfs het verhaal dat een chauffeur mij erop wees dat ervoor mensen zoals ik er gewoon rolstoeltaxi’s zijn. Ook vertelde ik over eerdere ervaringen met de tram. Dit ging meestal wel goed. Maar ik heb ook gehad dat er gevraagd werd of ik natte of droge accu’s had. Rolstoelen met natte accu’s mogen namelijk niet mee met de tram. Of ik werd geweigerd omdat ze er al vanuit gingen dat mijn rolstoel natte accu’s heeft. Maar rolstoelen met natte accu’s worden al zo’n twintig jaar niet meer gemaakt. Daarnaast vertelde ik dat ik vrienden heb die sowieso niet met de tram durven, omdat ze bang zijn dat ze er niet meer uitkomen. Daar schrokken Inge en Laura wel van. Ze bevestigden namelijk dat het openbaar vervoer van het GVB voor iedereen toegankelijk moet zijn.

Daarna ging ik op pad met Inge om te laten zien welke obstakels ik tegen kom tijdens het reizen. We namen de bus die ik van de zomer ook nam toen de metro maar tot Station Zuid reed. Je zal dan net zien dat deze keer alles wel goed liep. Het was een oude bus waarbij de plank met de hand opengeklapt moet worden. De buschauffeur was vriendelijk en hielp mij goed. We namen de bus tot het Azartplein, redelijk vlakbij mijn huis. Daar namen we nog een stukje de tram om te laten zien hoe dat gaat. Terwijl dat meestal goed gaat werd ik hier juist geweigerd. De conducteur dacht dat mijn rolstoel een scootmobiel was. Toen ik wilde uitleggen dat ik in een elektrische rolstoel zat en niet in een scootmobiel kwam Inge al tussenbeide.

Dit is namelijk ook waar het GVB het meeste aan kan veranderen. De buschauffeurs, conducteurs en trambestuurders bewust maken van de regels. Op het Azartplein zag Inge namelijk ook de tramhalte die de andere kant op ging. Deze had een te smalle stoep om werkelijk op te komen met je rolstoel en de abri stond ook nog eens in de weg. Deze halte was dus totaal niet geschikt om te op te stappen met een rolstoel. Maar de gemeente is weer verantwoordelijk voor de toegankelijkheid van de tram- en bushaltes.

Uiteindelijk is het hartstikke mooi dat ik op gesprek mocht komen bij Inge Vermeulen en Laura Steur. Zij benadrukken dat het GVB toegankelijk moet zijn voor iedereen. Het is daarom goed dat buschauffeurs en trambestuurders bewuster worden van wie wel en niet mee mogen met bus of tram. Nu moet de gemeente nog het GVB helpen en de tram- en bushaltes toegankelijk te maken. Zeker als straks Agenda 22 wordt geratificeerd. We zullen zien wat de toekomst brengt. Voor nu een gelukkig en toegankelijk 2015!

Een toegankelijke zomerdag in de stad

zomerwandelingmarnix

Het is zomer in de stad. Joe Cocker kan daar mooi over zingen, maar de hitte waar hij over zingt is ver te zoeken in Amsterdam. Misschien de juiste tijd om een mooie zomerwandeling te maken in het centrum. Georganiseerd door D66 gaan een groep mensen wandelend door de straten om te zien hoe toegankelijk het is.

De start van deze wandeling was bij de Stopera. Er zijn daar al enige tijd werkzaamheden, waardoor je al meteen obstakels hebt. Maar de plek waar we hadden afgesproken, vlakbij restaurant Amstelhoeck, was goed bereikbaar. Toen we de eerste stoep af moesten zagen we al meteen hoe ontoegankelijk het kan zijn. De scootmobiel en ik in mijn rolstoel konden geen verlaagde stoeprand vinden. Dan moet je heel langzaam van een verhoogde stoeprand af zodat de klap niet te groot is. Er volgde een brug waar je aan de ene kant wel op kan, maar aan de andere kant waren trappen. Daarnaast zijn er stoepranden die wel verlaagd zijn en bedoeld zijn om de stoep af kunnen gaan met rolstoel of scootmobiel, maar die te stel zijn gemaakt. Hierdoor ga je nog steeds met een klap te stoep af en je zou kunnen kieperen met je rolstoel of scootmobiel als je de stoep op wil.

Elk punt met enige obstakels kreeg intensieve aandacht. En dat is goed. Naar mijn mening moet iedereen gelijkwaardig aan de samenleving kunnen deelnemen. Ook mensen met een functiebeperking. De Verenigde Naties deelt deze mening en heeft al in 2006 een verdrag opgesteld met regels om dit doel te bereiken. Dit verdrag heeft de naam Agenda 22, omdat het 22 regels heeft. Nederland heeft dit verdrag ondertekend en volgend jaar wil Nederland het verdrag ratificeren. Daarom is deze intensieve aandacht erg belangrijk. Om aan het verdrag te voldoen moeten, zeker in het centrum van Amsterdam, nog veel plekken toegankelijker.

Het gevolg van de intensieve aandacht was wel dat de wandeling ontzettend werd ingekort. Uiteindelijk kwamen we maar tot de Nieuwmarkt. Wat echt vanaf de Stopera een heel klein stukje is. Maar dit was niet erg. Er waren namelijk genoeg punten waarmee kon worden aangetoond met wat voor een obstakels mensen met een beperking te maken heeft. Hopelijk nemen de raadsleden die meeliepen dit mee. Het was ook leuk om te zien dat redelijke wat mensen die meeliepen nooit beseften dat sommige punten een obstakel kunnen zijn. Dit helpt bij de bewustwording van dit probleem.

Terwijl organisator Alexander Hammelburg naar een volgende afspraak ging op het Leidseplein, ging de rest van de groep nog een na-borrel doen bij een bijzondere plek. We namen namelijk een biertje bij Brouwerij De Prael. Hier werken mensen die moeite hebben om een reguliere baan te vinden en daardoor een afstand hebben op de arbeidsmarkt. Dit was een mooie afsluiting van een inspirerende wandeling. Het heeft ook de ogen van sommige mensen geopend en daarom was het resultaat goed. Kortom, een mooie, nuttige zomerdag. Al was die niet zo heet als in het liedje van Joe Cocker.

Speciale dank wil ik geven aan Ronald Blonk en Caroll Sastro van Platform Gehandicapten Zuidoost. Ronald’s foto heb ik gebruikt en samen met hun kon ik de obstakels tonen.

Veel te doen. Dus alles goed met mij

DSC00274

Eigenlijk is het wel grappig hoe vaak ik een blog begin met ‘het is alweer een tijdje geleden dat ik op deze blog geschreven heb’. Toen ik twee jaar geleden begon met deze blog had ik toch als doel met regelmaat te schrijven.  Ik had één keer in de twee weken de rubriek “Uitpakken”. Het laatste stukje hierover is ook al lang geleden. Soms denk ik moet ik mij schamen dat ik zolang niets van mij laat horen op mijn blog. Maar aan de ander kant betekent het dat het goed met mij gaat. Twee jaar geleden had ik geen baan en dus tijd voor mijn blog. Nu heb ik voor de tweede keer een contractverlenging gekregen bij Philips en zit ik in het campagneteam voor D66 voor Amsterdam-Oost.

Voor mij gaat het dus goed als ik veel te doen heb. En dat heb ik. Ik maak volle werkdagen bij Philips en ben betrokken bij de campagne waar ik in de avonduren tijd voor moet maken. Hartstikke spannend nog steeds. Worden wij eindelijk groter dan PvdA in Amsterdam? Het geeft zo’n lekker gevoel om je tijd goed te gebruiken en dat je merkt dat collega’s of andere mensen waarmee je samenwerkt jouw bijdrage waarderen. Maar om weer met goede moed je nieuwe werkperiode in te gaan is het goed om even vakantie te hebben. Dat had ik de laatste twee weken van augustus.

 Het zouden eigenlijk de laatste twee weken zijn geweest van mijn contract bij Philips, daarom had ik ook de weken opgenomen omdat ik die nog had. Het enige verschil is nu dat ze nog niet van mij af zijn bij Philips. In eerste instantie wilde ik de twee weken al gaan gebruiken voor een zoektocht naar een nieuwe baan. Maar nu dat niet hoefde dacht ik dan mag ik ook wat ontspannen (als een spast dat al kan). En ontspannen? Ik koos ervoor om een weer een week te zeilen op de Kaag. Daar kom je vermoeider van terug dan dat je er heen ging. Maar het blijft altijd een topweek bij ’t Vossenhol!

Het gene waar ik niets aan kon doen was dat de zeilweek de tweede week was. Als het andersom was kon ik nog een weekje uitrusten. Maar na weer een week werken zit ik er al weer helemaal in. Het gaf minder problemen dan ik dacht.  En wat was het weer klassiek gezellig in de hol van de vos. Er was weer genoeg koffie voor René, de vrijwilligers stonden ’s avonds weer aan de oude jenever (al was dit jaar een Pietje niet genoeg en moest onze premier dit jaar de jenever leveren) en Feike begon mij weer traditioneel te ondervragen wie ik de mooiste vrijwilligster vond.

Het zeilen was wel weer even wennen. Ik had er dit jaar ook niet voor gekozen om bij Sailability te zeilen op de Nieuwe Meer. Ik moest weer even de windroos in mijn hoofd stampen. Maar ik moet zeggen dat ik maar één middag echt serieus met dat bezig was, voor de rest was het ook vakantie voor mij en genoot ik van op het water te zijn.  Lekker genieten van een goudgele rakker ’s avonds met lekkere hapjes en dan naar bed gaan waar ik op de ritme van gesnurk in slaap probeer te komen.

Wat je ook kan zeggen over ’t Vossenhol. De vrijwilligers proberen er altijd een topweek van te maken voor de gasten. En ik kan alleen maar zeggen dat is dit jaar weer gelukt. En ik moet zeggen op het water kom ik ook tot rust. Ik heb weer genoeg energie gekregen om Philips in februari te bewijzen dat ze nog voorlopig niet van mij af zijn en genoeg energie om mee te helpen dat D66 volgend jaar de grootste partij wordt van de mooiste stad van Nederland. Ik heb veel te doen dus het gaat goed.

Londen vs. Amsterdam

DSC00156DSC00171

Afgelopen week zat ik voor een weekje in Londen. Deze stad stond al een hele tijd op mijn lijstje om een weer een keer te bezichtigen. Als jongetje van tien ben ik al een keer in deze stad geweest, maar sindsdien ben ik nooit meer die plas over geweest tussen Nederland en het Verenigd Koninkrijk. En nu vraagt u zich af waarom stond Londen zolang op mijn lijstje? Simpel, ik houd van grote wereldsteden. Parijs, Londen,  Berlijn, New York, het kan van mij niet groot genoeg. En als ik dan in deze steden ben wil ik het graag vergelijken met de enige ‘wereldstad’ in ons land: Amsterdam!

Londen? Kun je het vergelijken met Amsterdam? Natuurlijk Londen is een veel grotere stad. Zelfs de hele randstad bij elkaar is nog niet zo groot als Londen. En als je op de kaart van de tube kijkt zijn er wat meer lijnen dan de vier metrolijntjes die Amsterdam heeft. En dan lopen die lijnen ook nog eens flink door elkaar. Maar naar mijn mening is er zeker een vergelijking en dat zit in de manier van leven wat je in zo’n stad kan doen.

Altijd als ik op vakantie ben, ook als het niet een stedentrip, wil ik er achter komen hoe het is om te leven en te wonen op de plek waar ik op dat moment ben. Maar eigenlijk zal je daar nooit achter komen tot dat je werkelijk je leven daar hebt. De reis naar Londen was een groepsreis en dan ga je uiteraard naar de toeristische trekpleisters. Uit ervaring kan ik zeggen dat je dan inderdaad niet ervaart hoe het is om te leven en wonen in zo’n stad. Zo zien toeristen in Amsterdam de grote bekende plekken als de Dam, het Leidse- en de Rembrandtplein. Waar ze naar grote van het terras al op de toerist gerekend hebben. Trouwens is hier niets mee mis, ik ben er met regelmaat ook. Maar de toeristen zien minder snel in de kleinere buurtcafé in Oost, West of andere stadsdelen buiten het Centrum. Dus in Londen heb ik dit ook niet ervaart.

Uiteraard blijf ik in Londen een toerist, dus dan vind je juist de toeristische dingen ook leuk om te zien. Zo ben ik met veel vreugde de draaimolen van Londen Eye ingestapt. Hier kon ik de City of London en de City of Westminster goed overzien Ook drukte ik mij in de menigte met mijn rolstoel bij Buckingham Palace om de wisseling van de wacht te zien. Maar het was zeker leuk om zaterdagavond met vrienden die tijdelijk voor werk in Londen wonen iets anders te zien dan deze toeristische trekpleisters.

Zo zat ik deze specifieke zaterdagavond met vrienden in de iets wat minder toeristische wijk Shoreditch. In een populaire pizzatent op Shoreditch Highstreet om precies te zijn. Deze tent maar ook de buurt, had ik het gevoel, wordt voornamelijk gedomineerd door twintig, dertigers die nog net studeren of net met hun eerste jaren van werk begonnen zijn.  Hier kon ik veel meer zien hoe het is om te leven in Londen. Chris vertelde dat de klassenverdeling veel groter is in Engeland dan in Nederland. Shoreditch wordt gedomineerd door mensen die net begonnen zijn met werk. In dit soort tenten zouden de iets rijkeren niet gezien willen worden. Als je naar een café gaat in Amsterdam dan zou je verschillende soorten mensen daar vinden uit verschillende milieus. Misschien vind je alleen de echte rijken hier niet. Maar de klassenverdeling is dus wel veel groter in Engeland.  Na de pizza met aparte smaken, ik had een pizza met gehaktballen, gingen nog een drankje doen in café. Dit café werd gerund door wat alternatievelingen. Ze zagen er wat uit als het beeld wat ik heb van de Engelse jeugd uit de jaren 80 van de vorige eeuw. Al zijn de jongens geen skinheads meer, maar hadden ze allemaal baarden. Dus ik paste daar wel tussen.

Toen was het tijd om de rit te maken met de tube. Het was goed dat Rob mee was, het andere gedeelte van de vrienden groep. Hij wist zijn weg wel te vinden in de verschillende ondergrondse lijnen die Londen rijk is. En inderdaad na twee keer overstappen zaten we in tube die langs de halte ging die vlakbij mijn hotel stond. Natuurlijk is de Londense tube veel groter en warriger dan de Amsterdamse metro, maar één ding heeft deze tube en metro wel gemeen. De verscheidenheid van mensen. In een tube of metro zie je verschillende mensen, uit verschillende culturen en milieus en die worden zowel in de tube als in de metro altijd geaccepteerd. Zo heb ik nog steeds dat ik mijn ogen uitkijk als ik in de Amsterdamse metro zit.

Uiteindelijk kun je concluderen dat Londen en Amsterdam veel gemeen hebben. Als ‘grote’ stad hebben ze allebei mensen uit verschillende culturen en milieus. Dit is goed terug te zien als je de tube of metro neemt. Het verschil tussen Londen en Amsterdam is dat in een Amsterdams restaurant of café deze verschillende culturen en milieus meer worden geaccepteerd, terwijl je in Londen toch meer je eigen restaurants en cafés hebt. Door mijn vakantie in Londen ben ik er ook achter gekomen hoe blij ik kan zijn dat ik in een stad als Amsterdam woon. In een ‘ wereldstad’ als Amsterdam ben je meer een nummertje dan een bijvoorbeeld een Brabants dorp. Veel Brabantse collega’s vinden Brabant daarom dan ook veel socialer. Misschien is dat zo, maar je bent wel veel vrijer in een stad als Amsterdam en je wordt meer geaccepteerd zoals je bent. En sociaal zit ook in jezelf. Als je meer Amsterdammers zou aanspreken zal je merken hoe sociaal Amsterdammers kunnen zijn. Ik ga nu weer verder genieten van mijn leven in Amsterdam en mensen aanspreken.       

Het ultieme voetbalweekend

Dit weekend besefte ik mij dat sinds ik Haarlem heb verlaten voor Amsterdam ik veel actiever beweeg binnen een stad. Dit kwam door het weekend wat ik mijzelf voor wilde schotelen. Lekker voetbalwedstrijden kijken en voor de rest niets! Zo’n weekend had ik veel in Haarlem, maar de Amsterdamse weekenden zijn wel wat actiever.

Al weer bijna een decennium geleden heb ik Arnhem verlaten om ‘tijdelijk’ bij mijn ouderlijke huis in Heemstede te wonen. Sinds de tijd beschik ik over een betaalzender voor sport.  Deze zender is steeds met mij meegegaan. Toen ik een paar jaar later op mijzelf ging wonen in Haarlem en daarna weer met mijn verhuizing naar Amsterdam. In mijn Haarlemse periode had ik veel van die weekenden dat ik gebruikte om mijn favoriete voetbalwedstrijd te kijken in de Premier League.

In de loop der jaren is er wel wat veranderd aan deze betaalzender. Zo verloren ze de voetbalwedstrijden uit de Nederlandse competitie en heeft deze zender al een aantal verschillende namen gehad. Nu heeft de zender gewoon de naam wat ze bieden: sport.

Mijn ideale weekend begon met goed uitslapen. Nadat ik na een goed ontbijt de boodschappen ging doen voor het weekend. Toen ik de boodschappen in mijn koelkastje had gestopt kon het voetbalfestijn beginnen. Net als vroeger begint de week met de Premier League Previewshow. Alle wedstrijden die de revue passeren worden voorbeschouwd. Een Engels programma waar een Nederlander doorheen zit te tetteren. Heerlijk!

Dan de eerste wedstrijd: Newcastle Utd – Everton. Ik had al zolang niet meer naar de Premier League gekeken dat ik niet eens wist dat Newcastle Utd zo hoog stond. Het eigen doelpunt van Heitinga was al een voorteken dat het een slecht weekend voor Nederlanders zou worden. Of in ieder geval een slecht weekend voor Nederlanders met een Amsterdamse achtergrond. Newcastle Utd daar in tegen speelden heel goed en je kon zien waarom zij bovenin meedraaien.

Wanneer ik op één dag een tweede wedstrijd ga kijken dan zie ik die toch meestal met een half oog. Zo zag ik dat Arsenal wel van West Bromwich won, maar niet hoe. Ondertussen zit ik lekker te internetten en volg ik mijn blogs en een online krant. De avond eindigt dan meestal met een vette hap en één of twee films. Op naar de volgende dag.

De zondagochtend begon met mij met eieren met spek, zoals mijn vader ook vroeger een zondagochtend ontbijt begon. Toch maar weer even naar de supermarkt, om mijn vrienden toch wat lekkers voor te schotelen tijdens Ajax. De zender waar dit komt daar beschik ik niet over, dus dan maar goede vrienden hebben die er wel over beschikken.  Het eerste doelpunt van de beer uit Rusland heb ik gemist, maar daarna heb ik de hele foutenspektakel meegemaakt. De ene blunder van een Amsterdammer was nog erger dan de andere.  Toen voor de tweede keer een Utrechter, door de fout van de Amsterdamse doelman, de bal in leeg doel kon schieten kon ik het lachten niet meer weerstaan. Ik vroeg mij af of Ajax ooit eerder zo slecht gespeeld had.

Voor mij des te meer reden om die andere betaalzender nooit aan te schaffen. Ook zit ik te denken om te stoppen met de andere sportzender. Wanneer ik afhaak na nog geen twee wedstrijden. Daarnaast Amsterdam heeft zoveel moois te bieden. Uit die tv en de stad in!

Toeristisch solliciteren

Nog steeds ben ik erg hard bezig om een geschikte baan te vinden. Het sollicitatieproces is bij mij dus nog steeds in volle gang. Het leuke aan solliciteren is dat ik steeds meer plekken in Amsterdam leer kennen. Een dag van te voren zit ik dan ook echt uit te zoeken hoe ik het beste kan reizen. Ov9292.nl is hierdoor ook een favoriete site van mij, al heb ik soms het gevoel dat deze site mij ook wil zeggen: “Ik geef jou niet de snelste route naar je bestemming, maar zo zie je nog eens wat”.

Zo had ik afgelopen dinsdag een sollicitatiegesprek bij Dam Architecten. Dit bureau zit vlakbij Station Lelylaan om precies te zijn op de Schipluidenlaan. Ov9292 gaf aan om met de tram te gaan. Op zich prima. Bij Rietlandpark nam ik tram 10 naar het Leidseplein en daar stapte ik over op tram 1 naar Derkinderenstraat. Op zich liep alles op rolletjes. Maar toen ik in tram 1 aan de conducteur vroeg om bij Derkinderenstraat weer de plank uit te leggen gaf ze aan dat deze halte niet rolstoelvriendelijk was en dat ik beter tot Statoin Lelylaan kon gaan. In gedachten zat ik dan al dat ik dan beter de metro had kunnen nemen.

Het maakte voor het gesprek niet uit. In een eerdere blog heb ik al aangegeven dat ik voor het reizen ruim de tijd neem. Hierdoor was ik weer een uur te vroeg op mijn gesprek. Het grappige was dat meneer Dam dat niet eens wist en het gesprek kon eigenlijk meteen beginnen. Mevrouw Bisseling was ook bij het gesprek. Zij werkt voor de public relations bij Dam Architecten. Meneer Dam was erg onder de indruk van mijn curriculum vitae. Daar word ik altijd erg verlegen van. Zelf heb ik het gevoel dat ik nog niets bereikt heb en dat ik mij nog moet bewijzen.

Het was een kennismakingsgesprek en dat betekent dat er niets belooft kan worden . Maar altijd goed om zo’n gesprek aan te gaan. Zo leren ze mij kennen. Er was wel een brainstormgedachten over een project waar ik aan zou kunnen werken. Na het gesprek kreeg ik nog een rondleiding door het bureau. Het ontbreekt de medewerkers van dit bureau aan niets. Zo is het eetgedeelte heel relax. Met mooie stoelen en een echte bar, die niet zou misstaan in een hotel als het Hilton. Maar dan is het ook echt hard werken bij een bureau als Dam Architecten.

Het kwam er weer op aan om aan de terugrit te beginnen. De gedachten om de metro te nemen was ik al weer vergeten. En ik zag dat bij Station Lelylaan twee trams vertrokken, tram 1 en tram 17. Eerst kwam tram 17 langs en er stond dat deze uiteindelijk ook zou eindigen bij het Centraal Station. Hierdoor dacht ik dat ik net zo goed deze tram kon nemen. Dit heeft ervoor dat ik echt een City tour door Amsterdam kreeg. Heel Oud-West heb ik gezien en de Kinkerbuurt vind ik altijd wel mooi om doorheen te rijden. Vanaf Centraal Station is het toch maar even een kort stukje langs het IJ. Zo heb ik een sollicitatiegesprek gecombineerd met een toeristische trip.

Het Lloyd Hotel, prachtig hotel. Maar wonen doe je liever thuis

Omdat het dus deze week de Week van de Toegankelijkheid is volsta ik niet met maar één keer schrijven over toegankelijkheid. In de uitleg van mijn blog schreef ik dat ik Amsterdam een prachtig stad vind en dat deze stad naar mijn mening ook rolstoelvriendelijk is. Dit wil alleen niet zeggen dat Amsterdam perfect is. Geen enkele stad is perfect, dus Amsterdam ook niet. Op gebied van toegankelijkheid zijn er altijd verbeteringen mogelijk.

Al eerder schreef ik over een vriendin die noodgedwongen thuis moest blijven omdat de lift stuk was. Die lift was gerepareerd binnen twee dagen. Deze dagen kon ze niet buitenshuis komen. Je zou denken opgelost. Nu is de lift wel gerepareerd. Niets is minder waar. Deze week moet ze net als een aantal maanden geleden, toen een nieuwe lift werd aangelegd, verblijven in het Lloyd Hotel. De lift wordt nu weer helemaal in orde gemaakt, blijkbaar waren de twee dagen niet genoeg om het op te lossen. Daarnaast krijgt de lift een vloerbedekking. Waarom deden ze dat niet meteen toen de lift werd aangelegd?

Het Lloyd Hotel is mooi hotel liggend aan het IJ. Het is niet vergelijken met andere hotels. Als je binnen komt in de lounge heeft het een mooie bar, met achter de bar zo’n kast dat door loopt tot het plafond. Voor de kast heb je een trap nodig om overal bij te komen. Mazzo, een Italiaans restaurant aan de Rozengracht heeft een vergelijkbare kast. Op de website van Mazzo is de achtergrond zelfs de kast, prachtig.  Daarnaast heeft de lounge van het Lloyd Hotel verschillinde banken opgesteld achterin. Waar een boekenkast bij staat dat niet verkeerd zou staan in elk gemiddeld huis. Dit geeft het hotel ook een huiselijke sfeer.

Maar wanneer je kijkt naar de toegankelijkheid voor een rolstoelgebruiker dan kan er nog redelijk wat verbetert worden aan dit hotel.  Het begint al bij het binnen komen van het hotel. Er is een trap om het hotel binnen te komen, daarnaast is wel een buitenlift. Dit vind ik al ondingen. Mijn hogeschool beschikte ook over een lift als deze. Het is een lift waarbij je aan de binnenkant moet blijven drukken op de knop naar beneden of naar boven te komen. Deze liften gaan snel kapot. Ze lijken meer kapot dan dat ze het doen. De gene die je naar boven moet helpen, dat moet met deze liften, die heeft ook nog wat tijd nodig om de lift te snappen. Want hoe vaak komt er nu iemand met een rolstoel in dit hotel? Eenmaal boven gekomen en naar de lounge gereden zijn de paden in de lounge heel smal. Je moet heel voorzichtig rijden anders kan je links of rechts tegen een tafel komen. Wil je toch weer terug naar het begin van de lounge dan zijn er nauwelijks plekken om te draaien. Ik moet wel zeggen dat de medewerkers van het Lloyd Hotel bereidt zijn om je op alle vlakke te helpen.

Terug naar mijn vriendin. Deze komende dagen moet ze verblijven in dit hotel. Deze vriendin is net als ik rolstoel gebonden. Ze heeft nog wel meer zorg nodig dan ik. Alhoewel de medewerkers aller vriendelijks zijn en alles voor haar willen doen, zijn de kamers in het hotel niet geschikt voor mensen in een rolstoel. De vriendin kreeg in eerste instantie een kamer toegewezen waar niet eens haar tillift in past. Na veel onderhandelen kreeg ze toch een ruimere kamer. Maar het blijft niet ideaal. Zo is het bed niet geschikt voor iemand in een rolstoel en heeft ze alleen maar last van dit bed.

Natuurlijk denkt een woningbouwvereniging dat ze dit goed hebben opgelost. Ze hebben een vervangende kamer geregeld en daarnaast betalen ze nog het eten en de drankjes. Maar ze begrijpen  niet dat het leven van deze personen ook doorgaat en dat ze gewoon het dagelijkse werk moeten doen. Dan komt zo’n verhuizing naar een hotel niet uit. Maar blijkbaar is het moeilijk om een lift snel te laten repareren. Dus moet je geduld opbrengen. Wat je als gehandicapten vaak moet doen.

Ajax here we come!

In eerdere blogs heb ik al eens verteld over mijn ervaringen met reizen met tram en metro  (http://wijreddenonswel.nl/werk-ervaring-marnix-brockmeier-deel-2/). Reizen naar een voetbalwedstrijd is weer een hele andere ervaring. Op elkaar gedrukt ga je de metro in. Dit omdat iedereen op het zelfde moment de Arena verlaat. Het verschil tussen reizen met de metro en reizen met de tram is dat ze mij minder vreemd aan kijken. Mensen roepen: “Even doordrukken, er moet nog een rolstoel bij.” Dan sta ik daar tussen de bezwete mede-supporters. Zo dicht op elkaar dat de geuren van elkaar te ruiken zijn. Je weet wat ze voor de wedstrijd gedronken en gegeten hebben.

Gisteren nam ik weer de trip naar de Arena om onze jongens naar een overwinning te schreeuwen tegen geelzwarten uit Arnhem. Met mijn vriend Pieter had ik afgesproken om voor de wedstrijd nog een hapje te eten. Na het hapje eten gingen we naar het Grolsch Café om met de andere rood-wit gekleurden al te drinken op de overwinning. Want dat is onze Amsterdamsche bluf, we gaan er al vanuit dat we al gewonnen hebben.

Dan druppelen de supporters de Arena in. De landskampioenschap van vorig jaar heeft de Amsterdamsche bluf weer laten leven. Er wordt weer gezongen als ’95. Alsof we elke week weer 7, 8-0 winnen. Onze jongens hebben het de eerste helft moeilijk. Maar we blijven ze aanmoedigen en de tweede helft leidt dit tot het juiste resultaat.

De terugreis is weer aangebroken en ze maken weer ruimte voor mij in de metro. Dat is het teken dat ik erbij hoor. Allen voor één, één voor allen! De geuren van zweet zijn weer te ruiken. En de man naast mij heeft een shoarmatje op dat goed met knoflook gevuld was.  Maar ik zit er niet mee. Dit is de geur van overwinning. Wij zijn Ajax en wij zijn de beste!

Traplopen met rolstoel

Een paar weken geleden kwam mijn neef met zijn vriendin een dag bij mij langs. We waren van plan om naar NEMO te gaan, het museum over wetenschap en technologie.

Het museum ligt aan het Amsterdamse IJ. Een hele mooie plek aan het water, alleen om er te komen moet je vele bruggen over. Heel leuk bedacht en het ziet er ook modern uit. Alleen als je dan een brug over gaat en aan het begin van de brug kun je gewoon met een rolstoel komen dan verwacht je ook dat je aan het einde van de brug met een rolstoel er overheen kan. Niets is minder waar. Om van de brug te komen moet je trapje af. Erg goed bedacht. Misschien keek de architect wel in de toekomst en dacht hij dat de volgende generatie rolstoelen kunnen traplopen.

Het gevolg was dat we helemaal om moesten rijden een tunnel door. Daar aangekomen was het nog eens zo druk dat we er geen zin meer in hadden. Nu gaan we het najaar. Misschien dat de brug dan aangepast, maar ik ga er niet van uit. Dus nu maar een offerte aanvragen in China voor een rolstoel die kan traplopen. http://attitude.excite.nl/traplopen-met-rolstoel-N1989.html 

De “Central Perk” van Amsterdam Oost

Maanden lang reed ik langs de Molukkenstraat en kwam ik op het begin van het Javaplein een bouwput tegen. Samen met mijn vrienden Jennifer en Michael vroegen we ons steeds af wat dit uiteindelijk zou worden. De bouwput is nu al een paar weken klaar. Het is omgetoverd in een soort winkelcentrum. Eerst was er nog alleen een fitnesscentrum. Daarna verhuisde een vestiging van OBA van de Insulindeweg naar het winkelcentrumpje. En als laatste kwam er een Coffee Company.

Dit is voor mij echt een ‘hemelse’ ervaring. Het is niet zomaar even een plek waar je snel je koffie haalt zoals de Coffee Company in de Jordaan. Maar ze hebben er echt een lounge gedeelte bij gemaakt te vergelijken met Central Perk bij Friends. Met het verschil dat er ook wifi is voor de computernerds. Ook beschikken ze gelukkig over een terras. Hier houd ik van. Een heerlijke plek om in de zon een boekje of een krant te lezen. Daarnaast is het personeel ontzettend vriendelijk en behulpzaam. Lars, de eigenaar van deze vestiging, brengt voor Michael en mij de koffie naar ons toe. Ook vraagt hij of het in deze mokken wel goed gaat. Een service die je niet overal ziet. Zoals iemand een stamkroeg heeft, zo wordt dit mijn stamplek!