Het is halverwege juni. Het is bijna zomer, maar met al dat regen lijkt het wel herfst. Het Europees Kampioenschap voetbal is net begonnen en ik ga naar Amersfoort om bij mijn vriend Tim naar de eerste wedstrijd van het Nederlands elftal te kijken tegen Polen. Ik heb een taxi via Valys, de landelijke service voor vervoer voor mensen met een beperking. De taxi is redelijk op tijd, maar zoals gebruikelijk zitten er al mensen in de taxi en moeten we nog iemand ophalen. Dit is niet erg. Dat hoort erbij.
Andere ophalen
We zijn op weg naar Nieuw-West om de andere passagier op te halen. Het kost wel wat tijd om in Nieuw-West te komen, want ik woon letterlijk helemaal aan de andere kant van de stad. Wanneer we eenmaal de andere passagier hebben opgehaald gaan we op pad. Beide andere passagiers moeten allebei naar Bussum. Dus dat komt goed uit. Wanneer we in de straat zijn waar de eerste passagier naar toe gebracht moest worden blijkt zelfs dat de andere passagier in de zelfde straat moet wezen, want hij zegt: “U moet nog iets verder rijden.” Wat een toevalligheid.
Eindelijk op bestemming
Als we in Amersfoort zijn blijkt het nog wel even te duren voor we in straat zijn waar Tim woont. Wanneer ik uit de taxi ga gaat het harder regen. Tim staat al buiten te wachten. Snel rijden we de ingang in van zijn huis wat speciaal elektrische deuren heeft. Terwijl ik 1 uur de taxi had besteld, de chauffeur maar 10 minuten later was, ben ik net op tijd voor de wedstrijd die 3 uur begon. Het kost gewoon tijd om met Valys te reizen. Dat ben ik wel gewend.
Op het nippertje winnen
We gaan dus eerst de wedstrijd kijken. Nederland heeft zijn kansen, maar geen uitgespeelde kansen. Na een kwartier heeft Polen een hoekschop en via een kopbal scoort Polen 1-0. Daarna krijgt Nederland steeds meer kansen en binnen een half uur is het 1-1. Met rust moet ik naar het toilet. Daarvoor moet ik de lift nemen naar de eerste verdieping. Daar is Tim’s slaapkamer en zijn badkamer. Tim heeft een mooie woning in Amersfoort met twee verdiepingen. Het is ruimer dan wat hij had in Amsterdam. Dus ik begrijp zijn keuze. We gingen de tweede helft kijken. Het was een saaie tweede helft. Op het einde van de tweede helft hadden we weer Weghorst nodig om deze wedstrijd te winnen.
Zien thuis te komen
Na de wedstrijd gingen we pizza bestellen. De bezorger had niet door dat hij aan de achterkant van het huis moest aanbellen, maar uiteindelijk ging hij toch achterom. Rond 8 uur had ik mijn taxi weer terug naar Amsterdam besteld. Die blijkt te laat te zijn. Ze mogen een kwartier eerder of later komen. Dus ik wacht een kwartier en ik wil niet ongeduldig over kom dus rond half 9 ga ik bellen waar mijn taxi blijft. Er wordt niet meteen opgenomen, maar op een gegeven moment duurt het steeds langer, een half uur. Ik bekijk de mogelijkheid om met de trein terug naar Amsterdam te reizen. Maar assistentie om in de trein te komen moet je drie uur van te voren aanvragen. Dus dan kan ik vrij laat reizen met de trein. Daarnaast komen Tim en ik er achter dat er bij Hilversum een treinstoring is. Dus de trein is ook geen optie.
Taxi komt niet
Inmiddels zit ik al een uur aan de lijn met Valys en wordt er nog steeds niet opgenomen. Ik word inmiddels zenuwachtig. Ik heb de hoop opgegeven dat ik deze avond nog geholpen word door Valys en dat er nog een taxi komt. Tim koopt zijn zorg zelf in met een persoonsgebonden budget sinds hij naar Amersfoort is verhuisd. Een aantal verzorgers wonen bij hem in de buurt. Een Hongaarse verzorgster die deze avond geen dienst heeft wil mij wel naar Amsterdam rijden met de Caddy van Tim. Zo kom ik deze avond toch nog in Amsterdam.
Nog steeds zelfde problemen
Ik ben Tim en deze verzorgster eeuwig dankbaar dat ze dit wilden doen. Maar ik vind het ongehoord dat een taxiservice het zo af laat weten. Ik zou echt niet weten wat ik had moeten doen als ik niet met de Caddy van Tim naar huis gebracht kon worden. Het aparte is dat het lijkt dat Nederland zelfs achteruit gaat in plaats van vooruit. Zo’n 10 jaar geleden kon je nog een uur van te voren een taxi bestellen of assistentie voor de trein. Nu moet je de assistentie drie uur van te voren bestellen en de taxi via Valys een avond van te voren en in het weekend zelfs 24 uur van te voren.
Vechten voor verbetering
Soms weet ik niet of het hier nog beter wordt, maar als je wilt dat wij mee doen in de maatschappij en de samenleving wat inclusiever wordt moeten dit soort punten als vervoer beter worden. Al klinkt deze blog misschien wat somber toch heb ik de hoop dat het beter kan worden. Daar zal ik altijd voor vechten.
Het is maandagochtend. Normaal gesproken maak ik mij klaar voor een nieuwe werkdag, maar vandaag staat er iets anders op het programma. Vandaag vlieg ik naar Madrid. Een droom wordt werkelijkheid. Ik ga onze jongens aanmoedigen in een Europese uitwedstrijd. Vliegen is voor mij niet iets wat ik dagelijks doe. Ik maak mij ook weken voordat ik ga vliegen druk of alles goed gaat. Ik moet toch mijn rolstoel meenemen. Maar ik had alles goed van te voren geregeld, Misschien maak ik mij ook veel te druk?
Op weg
Rond 9 uur was mijn moeder bij mij. Ik was nog niet helemaal klaar met aankleden, maar wel bijna. Mijn moeder zorgde ervoor dat de laatste dingetjes in mijn koffer zaten. Nog snel even tanden poetsen en dan snel weg. Rond half 10 zat ik in de auto naar Schiphol. Ik moest rond 11 uur bij de incheckbalie zijn dus we waren wel op tijd. Al was er wel een file naar Schiphol, dus het was wel verstandig vroeg te vertrekken. We waren nog voor elven op Schiphol. We stonden bij de juiste incheckbalie en terminal. De grondstewardess was al bezig om labels te maken voor mijn rolstoel en toen kwam Philip er ook aan.
Rolstoel tot de gate
Samen met grondstewardess gingen we naar de assistentie voor mensen in een rolstoel. Eerst ging ik even naar de toilet. Toen we terugkwamen gaf de assistentie aan dat ze geen transfer zouden maken naar een stoel waar ik onderuit zou zakken. Er moest een schaarwagen komen zodat ik tot de gate in mijn eigen rolstoel kon blijven zitten. Na heel wat overleg is dat ook wat er gebeurde. Doordat onze vlucht echt wat vertraging had was de schaarwagen er ook op tijd. Uiteindelijk vertrokken we een uur later dan de oorspronkelijke vertrektijd. Het vliegtuig zat vol met Ajax-supporters die ook naar de wedstrijd gingen. Een goede reden om door het vliegtuig de Ajax Marsch te laten horen. Zo komen we lekker in de stemming. Toen we uiteindelijk vlogen ging de vlucht ook snel. Een beetje een boekje lezen: Ik, Zlatan. Lekker over voetbal lezen om nog meer in de stemming te komen. En natuurlijk de voorpret met Philip door al over de wedstrijd van morgen te praten.
Taxi naar hotel
Rond kwart voor 5 landen we in Madrid. We zijn weer de laatste die uit het vliegtuig gaan. Door Spanjaarden die geen woord Engels konden spreken werd ik uiteindelijk uit het vliegtuig getild. Toch eerst een transfer naar een andere duwstoel. Bij de rolband van de ruimbagage was ook mijn elektrische rolstoel. Later bleek dat mijn ruimbagage nog in Amsterdam was. Maar hij was al meegenomen met de volgende vlucht naar Madrid. Bij het vliegveld zouden ze ervoor zorgen dat mijn koffer bij het hotel gebracht zou worden. Wij moesten nu een taxi naar ons hotel hebben. De taxibedrijf dat ik kon bellen bleek toch niet (zo snel) een rolstoeltaxi te hebben. Daarnaast sprak ook niemand Engels. Gelukkig werden wij geholpen door de mensen bij het vliegveld. Eerst zouden we dan maar de bus nemen naar ons hotel, maar de vrouw bij het toeristenwinkeltje ging toch maar bellen voor een rolstoeltaxi. Het zelfde taxibedrijf bleek ons nu toch te kunnen brengen naar ons hotel.
Even bijkomen
Eenmaal in ons hotel legden we onze spullen in onze kamer. Het was een goed aangepast kamer. Het had een douchestoel aan de muur in de badkamer en die kon je verschuiven langs de muur. Na het bezichtigen van onze kamer namen we een welverdiende drankje aan de bar van ons hotel. Heel even bijkomen van onze vlucht. Daarna gingen we rustig kijken waar we konden eten. We gingen op stap. Een paar straten van ons hotel was een winkelcentrum. In Nederland zou je verwachten dat een winkelcentrum gesloten was. Maar in Madrid waren ze nog open omdat ze hier ook nog vol zitten met restaurants.
Eten op zijn Spaans
Uiteindelijk vonden we een restaurant, waar ik naar mij gevoel ook naar Spanje voor kwam, waar je tapas kon krijgen. In Spanje heerst een heel ander eetcultuur. Eten in Spanje is iets wat je samen doet. Daarom is tapas waarschijnlijk uitgevonden door Spanjaarden. Kleine hapjes eten samen met vrienden verdeeld over de hele avond. Wij Nederlanders willen graag eten om standaard 6 uur ’s avonds en we schrokken het binnen maximaal een half uurtje naar binnen. We hadden ook geen tijd om er de hele avond over te doen, want 11 uur was mijn verzorger bij mijn hotel om mij in bed te leggen. En morgen was het matchday en moesten we er ook niet al te laat uit. We namen eerst twee tapas gerechten. Eén hele lekere Spaanse ham, iberico-ham. Na de twee tapas namen we toch een vast gerecht. Ik een entrecote en Philip een hamburger met de iberico-ham. Die ham moet ik onthouden.
Vriendelijke verzorger
Daarna moesten we echt weer naar ons hotel. Tien voor 11 waren we bij ons hotel. Bruno, mijn verzorger voor de komende dagen was er al. Bruno is een vriendelijke man. Het was duidelijk dat we even aan elkaar moesten wennen. Uiteindelijk had hij mij vrij snel in bed. Bruno wilde toch nog even aangeven op een kaart wat we volgens hem echt moesten zien van Madrid. Erg vriendelijk maar uiteindelijk waren we hier maar drie dagen waarvan maar één volledige dag. En die dag stond in het teken van voetbal.
Moeizaam opstaan
De volgende ochtend kwam Bruno toch een uur eerder dan afgesproken. Het ontbijt was namelijk tot half 11. Dat wil zeggen je moest voor half 11 in de ontbijtzaal zijn. Het was maar goed dat Bruno er eerder was, want het bleek zo te zijn dat de tillift niet onder het bed kon komen. Uiteindelijk lukt het met veel moeite om mij onder de douche te krijgen. Het aankleden daarna duurde ook al langer en uiteindelijk waren we na half 11 klaar. We gaven aan dat we later zouden zijn en gelukkig maakte het hotel een uitzondering voor ons. Het waren vriendelijke mensen van het hotel. Bij de receptie zouden ze ook een taxi terug regelen naar het vliegveld voor morgenochtend.
Waar we voor kwamen
Toen was het echt tijd om naar de plek te gaan waarvoor we kwamen. Rond 12 uur vertrokken we naar Estadio Santiago Bernabéu. Het was iets langer dan een half uur lopen. Toen wij in de buurt kwamen van het stadion zagen we nog meer Ajax-fans. Het winkelcentrum waar we de kaarten moesten ophalen was daardoor makkelijk te vinden. Nu nog een juiste ingang voor de rolstoel. Er waren stewards meegekomen om te helpen. Uiteindelijk waren we in het afgelegen zaaltje waar we de kaarten moesten ophalen. Er was een rij, maar met mijn rolstoel mocht ik er vrij snel doorheen. Nu hadden wat we vanavond echt nodig hadden: de kaarten!
Voorpret rondom het stadion
Wat gingen we nu doen? Het was nog 8 uur voor de wedstrijd. We konden misschien met de metro toch naar het centrum? We wisten niet precies hoe we het snelst daar kwamen. En door de drukte van het centrum was het ook moeilijk om weer terug te komen bij het stadion. We wilden toch 2 uur voor de wedstrijd weer bij het stadion zijn om ook rustig nog wat te eten. We besloten rondom het stadion te blijven.
Estadio Santiagio Bernabéu
Het eerste wat we gingen doen is bekijken wat onze ingang is bij het stadion. Er kunnen ruim 80.000 toeschouwers in het Estadio Santiago Bernabéu. Dat zijn ruim 20.000 toeschouwers meer dan de Johan Cruijff Arena. Toch kent de Bernabéu meer ingangen. Om het hele stadion zijn allemaal luiken gemaakt. Hierdoor kunnen de toeschouwers veel sneller het stadion in en uit. Dit zou vanavond ook blijken.
Onze jongens steunen
Tijd om even de Adidas-shop bij het stadion in te gaan. Zelf had ik de gedachten om een Real Madrid-shirtje aan te schaffen. Maar het bleek echt helemaal de officiële shirt en die zijn zelfs 100 euro. Iets te gortig. Daarnaast was ik hier als Ajacied en was Real Madrid onze tegenstander vanavond. Dat moest ik ook tonen. Onze jongens hadden mijn steun nodig vanavond.
Drankjes drinken
We moeste nu de tijd doden. We gingen maar een drankje doen bij het winkelcentrum waar we net onze kaarten hadden opgehaald. Even een een fotootje maken van de kaarten en showen aan onze vrienden en familie. Daarna maar weer even langs de Bernabéu en op de foto bij de hoofdingang. Ook is er bij de Bernabéu het Real Madrid-café. Hier deden we ook een drankje. Al was het daar wel duur. Maar vanuit dat café had je een heel mooi uitzicht over het hele stadion. Misschien ook een idee voor de Johan Cruijff Arena.
Moeilijk om eettentje te vinden
Het liep al tegen zessen. Tijd om een tentje op te zoeken om wat te eten. Eerst vonden we een tentje vlakbij het winkelcentrum. We namen maar eerst een biertje. Nadat we rustig ons biertje dronken en Philip al aan zijn tweede biertje was begonnen vroegen we of wij ook iets konden eten. Wat bleek is dat de keuken pas om half 9 open ging. Ik vertelde al dat Spanjaarden veel later eten dan Nederlanders en het is ook rustig en genieten met elkaar. Maar vanavond hadden we daar geen tijd voor. Er wacht een wedstrijd op ons. Toen vonden we tapasbar vlakbij het stadion. Het was nog rustig maar we konden er wel eten.
Mede-Ajacieden
Toen wij rustig onze eerste twee tapas-gerechten bestelden en daarna zelfs een tweede ronde bestelden werd het drukker in het restaurant en juist drukker met Ajacieden. Het was een grote groep. Ze waren op de Puerta del Sol geweest. Ze lieten zien hoe groot de groep Ajacieden was die daar waren. Er was al een goed sfeertje.Het liep nu tegen achten. We besloten nu naar het stadion te gaan. Bij het stadion zagen we dat de luiken nu open stonden. De supporters konden inderdaad vrij snel naar binnen. Het luik waar wij naar binnen moesten stond ook al open en je was echt sneller binnen dan in de Arena. Je hoefde ook geen lift te nemen. Opvallend was dat ik niet de enige in een rolstoel was die de reis vanuit Nederland heeft genomen. Er waren drie andere Ajacieden in een rolstoel.
Voorbereiding
Vanuit de locatie waar wij zaten kon je het veld goed zien. Al leek het stadion vanuit onze hoek niet zo groot, terwijl er 80.000 toeschouwers in kunnen. De keepers van Ajax warmde zich al op en wij kregen het gevoel dat het nu echt ging beginnen. We maakten meer filmpjes en foto’s dan tijdens de thuiswedstrijden van Ajax. Dat is ook een belevenis dat je de rest van je leven bij zal blijven.
Start wedstrijd
Het clublied van Real Madrid werd afgespeeld en je zag beelden van het grote verleden van Real Madrid. Nu begon dan eindelijk de wedstrijd. Real Madrid begon sterk. Varane had in de eerste minuten een kopbal op de lat. We dachten dit wordt een ongelofelijke moeilijke avond. Ajax had nog geen kans gehad en opeens had Ziyech de kans om 0-1 te maken. Dat gebeurde. Een paar minuten later gaf Tadic een mooie pass aan Neres. Hij ging om de keeper en maakte 0-2. Onvoorstelbaar, we staan 0-2 voor in Bernabéu. Maar er was pas 20 minuten gespeeld. Real Madrid had nog genoeg tijd om in de wedstrijd te komen.
Geërgerde Real-supporters
De tijd ging voorbij, maar Real Madrid kwam nog niet in de wedstrijd. Het was bijna rust. En de Real Madrid-spelers gingen zich steeds meer ergeren. Ze maakten ook steeds meer overtredingen. Naast ons zat een Real-supporter in een rolstoel. Philip kan redelijk Spaans en vertelde dat ‘onze vriend’ naast ons redelijk kwaad was en alles wat Real deed was verkeerd.
Drankje om bij te komen
Het was rust en Philip ging kijken of hij ergens wat te drinken kon regelen. Hij bleef de hele rust weg. Net als wedstrijden in de Arena zal het wel hartstikke druk zijn bij de tentjes voor wat drinken en eten. Even later kwam hij terug met twee cola’s. Het is een Champions League-wedstrijd, dus er is alleen alcoholvrij bier. Dan is cola lekkerder.
Gemor op tribune
De tweede helft begint. Real zet nu echt druk. Je krijgt het gevoel dat Ajax dit niet vol gaat houden. Maar Onana staat goed zijn mannetje. De tijd verstrijkt en Ajax lijkt het toch een beetje onder controle te krijgen. Je hoort gemor van Real-supporters op de tribune. Dan is er in de 60ste minuut weer een razendsnelle aanval van Ajax. Mazraoui zorgt ervoor dat de bal net niet uitgaat en de bal wordt snel doorgespeeld naar Tadic en die heeft toch een schot, 0-3. Wie dit vooraf gezegd zou hebben verklaarde ik voor gek. 0-3 tegen Real Madrid! Daarna gaan er een aantal minuten voorbij. De scheidsrechter wil echt weten of de bal die Mazraoui net niet uit liet gaan ook werkelijk niet uit was. Het duurt qua gevoel eindeloos. En het wordt onrustig op de tribunes. Maar het verlossende fluitsignaal. De goal wordt goedgekeurd!
Geen geloof meer
Nu heeft Real het erg moeilijk. Ze hebben minder dan een half uur om 3x te scoren. Het gaat tegen de 70ste minuut. Asensio doet iets terug, 1-3. Real-supporters die eigenlijk wilden vertrekken keren toch nog even terug. Maar een paar minuten later is het geloof in een terugkeer in de wedstrijd weer verdwenen. Ajax krijgt een vrije trap en Schöne schiet de vrije trap net in een moeilijke hoek. Maar de bal gaat met een boog over de lange Courtois. Wat een doelpunt, 1-4.. Het is de 75ste minuut maar Real-supporters vertrokken al uit het stadion. Ook onze kwade vriend naast ons.
Thuiswedstrijd Ajax
De laatste tien minuten lijkt wel een thuiswedstrijd voor Ajax. Er is geen Real-supporter meer te vinden. De tijd verstrijkt en de Real-spelers lijken het ook op te geven. Dan klinkt het laatste fluitsignaal. Uit alle hoeken komen Ajacieden. Ongelofelijk, we hebben gewonnen van Real Madrid! Philip en ik gaan uit onze dak. Dit zullen we onze hele leven niet meer vergeten. De spelers gaan helemaal uit hun dak. Er wordt gezongen: “90 minuten lang. Gekkenhuis op de tribune.”
Terug naar ons hotel
Na een kwartier worden we toch door de stewards vriendelijk gevraagd het stadion te verlaten. Ik moet er toch aan wennen dat ik zo buiten ben. In de Arena was ik nog drie kwartier bezig geweest. Wanneer we weer buiten staan is het even oriënteren welke kant we op moeten gaan om terug te keren naar ons hotel. Ik app Bruno om te vertellen dat we van plan zijn weer terug te keren naar ons hotel. Als we de juiste richting gekozen hebben komen we een groep Real-supporters tegen die voor een camera aangeven dat voorzitter Valentino Perez moet opstappen. Ik probeer een lage stoep te vinden om op de weg te komen. Die blijkt daar niet te zijn. Nu moet ik weer helemaal terug rijden.
De terugweg
Tijd om weer dezelfde weg terug te rijden als begin van de middag. Nu in het donker lijkt de weg toch iets ongezelliger. Al maakt de overwinning van Ajax alles goed. Na een tijdje merken we dat we uit het gespuis van supporters wegkomen. We zien geen politie meer. We komen in een buurt waar op verschillende hoeken restaurantjes zijn. Het is half 12 ’s avonds en de restaurantjes zitten nog vol met mensen. Ongelofelijk.
Laatste maal in Spanje
Rond 12 uur waren we bij ons hotel. Bruno zat in de lobby al op ons te wachten. Hij vond het apart dat we vandaag rond de Estadio Santiago Bernabéu zijn gebleven. Maar het was al laat en morgenochtend moesten we er weer 8 uur uit. Toen Bruno ’s morgens terug kwam waren wij nog steeds in euforie. Het ging deze ochtend sneller dan gisteren. En we haalden alles nog uit onze hotelkamer. Bruno wilde mij nog helpen bij het ontbijt. Terwijl zijn tijd er al op zat. Heel erg vriendelijk en hierdoor ging misschien ook het ontbijten sneller. Waarschijnlijk hou ik nog contact met Bruno. Volgend jaar wil hij in ieder geval naar Amsterdam komen.
Snel op luchthaven
Om 10 uur stond er inderdaad een taxi klaar om ons naar de luchthaven Barajas te brengen. Ik kreeg ervaring en ik wist nu hoe ik moest inchecken met een rolstoel. Het ging veel sneller. Onze vlucht terug naar Amsterdam ging om half 2. Om 11 uur waren we al door de douane en hoefden we alleen nog te wachten op onze vlucht. Philip kocht nog goedkoper een geurtje. Ik telefoneerde nog met pappa. Heb volgens mij nog nooit zolang met hem getelefoneerd. Hij was ook helemaal onder de indruk wat er gisteren was gebeurd.
Kuddedieren
De vlucht naar Amsterdam had, net als de vlucht naar Madrid, vertraging. Maar het maakte mij niet uit. Ik zat daar te wachten met een ontzettend gelukkig gevoel. Toen de passagiers uit het vliegtuig kwamen waar wij even later in zouden gaan bedacht ik wat een kudde mensen vliegen alleen al per dag van Amsterdam naar Madrid. Wat hadden deze mensen toch allemaal voor een doel? Elke dag weer.
Thuis nagenieten
We vlogen terug naar Amsterdam. Ik was weer de laatste die het vliegtuig zou verlaten. Maar het duurde weer een stuk langer omdat er geen schaarwagen klaar stond. Er gingen al passagiers naar binnen omdat dit vliegtuig verder zou vliegen naar Berlijn. Uiteindelijk konden we eruit. Pappa zat al te wachten op mij. We liepen met Philip tot de plek waar hij de trein zou nemen. Ik ging met pappa naar huis.
Een avontuur om nooit te vergeten
Wat een avontuur met Philip. Dit zal mijn hele leven bij blijven. Ik voel mij nog meer een Ajacied en een Amsterdammer. Dit heeft ervoor gezorgd dat ik mij nog meer verbonden voel met de stad. Werken voor Amsterdam, wonen in Amsterdam. Eens een Ajacied, altijd een Ajacied. Eens een Amsterdammer, altijd een Amsterdammer.
Tijd gaat snel. De twee maanden proefplaatsing bij Isle Utilities zitten er alweer op. Ik heb besloten daar niet verder te gaan. Het was voor mij een uitdaging. Voor het eerst werken bij zo’n klein bedrijf. Doordat het zo’n klein bedrijf was gaf het mij extra verantwoordelijkheid. Ik was de enige met online kennis naast een applicatieontwerper. Dit gaf toch een bepaalde druk. Naast dat ik helemaal geen kennis had van watermanagement of het onderhoud van pijpleidingen. En dan kwam ook nog het reizen naar Heemstede om de hoek kijken.
Reizen naar mijn werk
Eerst ging ik met mijn rolstoel naar Amsterdam Centraal en daarna nam ik de trein naar Hoofddorp. Vervolgens moest ik weer een bus naar Heemstede nemen. Het kostte in totaal anderhalf uur voor een afstand van 30 kilometer. Ik ben zelfs een keer achterover gevallen met mijn rolstoel toen ik de bus wilde nemen.
Jezelf laten zien
Ondanks dat ik gevallen ben met mijn rolstoel weet ik dat ik niet bang moet worden en ik moet de bus blijven nemen. In Nederland moeten er nog zoveel stappen worden genomen om het openbaar vervoer echt toegankelijk te noemen voor mensen met een beperking. Als je ziet dat in steden als Cardiff en Swansea gewoon elk café invalidentoiletten hebben. Dat je gewoon een taxi kan aanhouden die een rolstoel mee kan nemen. Dan moet ik niet bang worden dat ik uit de bus ben gevallen. Je moet in het openbaar laten zien dat je mee wil doen in de maatschappij en gewoon die bus pakken.
Eerste stappen vooruit
Een eerste stap is al dat vervoersbedrijf RMC de taxi’s die in Groot-Brittannië gebruikt worden willen inzetten in het Aanvullend Openbaar Vervoer (AOV) in Amsterdam.
Ik zie dit nog steeds als eerste stap, want je krijgt deze taxi alleen als je een rit besteld. Uiteindelijk zouden deze taxi’s gewoon moeten rondrijden in de stad en zou je deze taxi moeten kunnen aanhouden. Een nadeel zal zijn dat deze taxi’s volledig elektrisch zijn. Dat is natuurlijk goed voor het milieu. Maar daardoor heeft het maar een capaciteit van 112 km. Dat is wel erg weinig voor een gemiddeld taxibedrijf.
Zoektocht gaat verder
Nu is de zoektocht weer begonnen naar een nieuwe uitdaging. Een uitdaging die te bereiken is met het openbaar vervoer. Deze uitdaging wil ik het liefst hebben binnen Amsterdam of omgeving. Het kan wel buiten Amsterdam. Als de werkplek maar vlakbij een bereikbaar station zit. Natuurlijk heb ik eerder in deze blog gezegd dat bus wil blijven, maar dat is dan vooral voor privéreizen. Door mijn ervaring bij Isle Utilities ben ik er achter gekomen dat een combi met trein en bus voor werk te veel is.
Geluk moet je nastreven
Geluk is iets waar ieder mens naar opzoek is. Soms duurt het even voor je dat ware geluk gevonden hebt. Ik wil niet zeggen dat ik dat geluk niet gevonden heb bij eerdere banen als Philips en Telfort. Het duurde misschien maar twee jaar en toen moest ik het weer ergens anders zoeken. Daarnaast ligt het geluk van een mens niet alleen bij zijn of haar werk. Alleen zou het voor mij mooi zijn om een wat langer verblijf te vinden waar ik mijn geluk kan vinden. Dit kost veel energie, maar ik ben ervan overtuigt dat ik dat ga vinden. Ik ben pas aan het begin van mijn zoektocht.
Op de maandag- en vrijdagavond kijk ik graag naar Voetbal International of zoals het nu heet Voetbal Inside. Al ben ik het vaak niet eens met de mensen die aanschuiven aan de tafel. Daarnaast zijn ze ontzettend platvloers. Maar je krijgt het gevoel dat je in je huiskamer aan tafel zit met deze mensen of net alsof je met ze in de kroeg zit. Lekker een avond lullen over voetbal. Wat wil een man nog meer? Kortom een avond vol voetbal!
Dat is waar het in mei ook allemaal om draaide. 14 mei vlogen mijn broers, zwager en vader naar Cardiff om een wedstrijd te bekijken uit de grootste competitie van de wereld, de Premier League! Bij een vakantie is het altijd dat de vakantie begint wanneer je de auto instapt of in dit geval wanneer we op het vliegveld arriveren. Zeker met het inchecken van een elektrische rolstoel ben je al twee uur van te voren op het vliegveld. Als je eenmaal je rolstoel hebt afgegeven heb je daarna nog wel redelijk wat tijd te doden. Maar geen probleem. We begonnen onze mannenweekend hoe we de rest van dagen ook zouden besteden met eten. Met een dikke vette hamburger en friet. Daarna was het toch echt tijd om aan boord te gaan. Voor het eerst in mijn leven ging ik met een Cityhopper. En omdat dat vliegtuig niet aansluit op een slurf moest ik met een duwstoel dat trede voor trede over de vliegtuigtrap naar binnen ging.
Eenmaal aangekomen in Cardiff ging het allemaal veel sneller, want het vliegveld van Cardiff is niet zo groot. Mijn elektrische rolstoel stond zelfs al bij de gate. Floris moest wel mijn rolstoel in elkaar zetten. Bij Schiphol hadden ze namelijk alle onderdelen die los konden los gemaakt. Het vliegveld is echt zo klein dat we zo door de douane konden en bij de uitgang stonden. Meteen hoorde we een chauffeur dat Jolyon’s riep. We hadden in eerste instantie verwacht dat onze naam geroepen zou worden, maar gelukkig hadden we snel door dat het ons hotel was waar we in Cardiff zouden overnachten. Onze chauffeur heette Jazz en hij zou ons alle dagen vervoeren. Jazz was een vrolijke chauffeur met Indische roots. Hij wist van alles over Cardiff en kon niet stoppen met praten over de Ethiopisch immigrantenstroom waar Cardiff mee te maken heeft.
We kwamen half 11 lokale tijd aan in ons hotel. Toen we onze tassen in onze kamer zetten kwam Jochem een spierbundel in pak met oortjes in tegen die tegen hem zei stil te zijn. We deden met ze alle nog rustig een biertje en gingen daarna naar bed. De ochtend daarna bij het ontbijt vertelde een personeelslid met trots, dat de prime-minister, David Cameron, vannacht in hun hotel heeft overnacht. Onze eerste gedachten was dat het een sterk verhaal was. Toen we later op de dag via internet op Cardiff en David Cameron zochten, kwam er toch een foto naar voren van personeelsleden waar we al door geholpen waren met de prime-minister. Toch vond ik het apart. Ons hotel was prima, maar niet extreem luxe waarvan je verwacht dat een prime-minister in zal overnachten. Maar ik kan nu altijd zeggen dat ik in het zelfde hotel heb overnacht als de prime-minister van Groot-Brittannië. Dit verklaarde dus ook de spierbundel die Jochem tegen kwam.
Tijdens nog steeds dezelfde dag gingen we Cardiff bezichtigen. De stewardessen tijdens de heen vlucht hadden gelijk. Cardiff is werkelijke een prachtige stad waar je goed en uitgebreid kan winkelen. Cardiff heeft inderdaad redelijke grote shopping malls, winkelcentra. Met giga winkels van Lego, Disney en Super Dry. Dit soort grote winkels zijn zelfs in Amsterdam niet te vinden. In de middag gingen we richting het strand. Het strand van Cardiff stelt niet veel voor. Na, echt Brits, fish & chips te eten zijn we weer naar het centrum gegaan. We gingen bij ons hotel even rusten Aan het begin van de avond gingen we bij een pub kaarten. Het was volgens de pub van het Welsh rugby team. Aan de muur hing de hele geschiedenis van het Welsh rugbyteam. Na het potje kaarten gingen naar Burgers & Lobster. Hier kon je zoals de naam al zegt hamburgers en kreeften eten. Je kon kiezen tussen een hele hamburger, hele kreeft of een halve hamburger en een halve kreeft. Een hele aparte formule. We dachten misschien iets voor Nederland. Vooral mijn zwager heeft altijd veel ondernemingsideeën.
Na nog een kaartje te hebben gelegd in ons hotel stond Jazz de volgende dag klaar om ons naar Swansea te brengen. De rit van Cardiff naar Swansea duurde iets langer dan een uur. Tijdens deze rit zagen we weilanden met schapen waar Wales bekend om staat. We gingen van de ene stad naar de andere stad. Toen wij aankwamen bij ons hotel was het even wachten voordat we onze sleutels kregen. Uiteindelijk gingen we al naar het Liberty Stadium, het stadion van Swansea City, en zouden we de sleutels later krijgen. Bij het Liberty Stadium benuttigde wij ons zoveelste vette hap. Na het eten gingen we naar de fanshop om allemaal een shirt te kopen als aandenken aan deze fantastische trip.
Daarna was het tijd voor de rondleiding door het stadion. John van Zweden gaf de rondleiding. Het verhaal van John van Zweden is mooi. In Nederland staat John van Zweden bekend als behangkoning, doordat hij eigenaar is van het grootste behangbedrijf van Nederland. Daarnaast is hij een groot voetbalfan waardoor hij als echte Hagenees met zijn behangbedrijf ADO Den Haag sponsort. Maar hij is ook liefhebber van het Engelse voetbal waardoor hij als tiener penvriend werd met een Swansea City-supporter. Doordat de vriendschap hechter werd, wordt hij ook Swansea City-supporter. Als in 2002 Swansea City degradeert naar het allerlaagste professionele voetbalniveau besluiten zes trouwe supporters, waaronder hij, de voetbalclub te kopen van de toenmalige eigenaar. Hierdoor is John van Zweden nu mede-eigenaar van Swansea City. De nieuwe eigenaren boeken successen. Met als hoogte punt het promoveren naar de Premier League in 2011.
In de dug-out met mijn broers en vader
Het Liberty Stadium is één van de kleinste stadions in de Premier League. Het was een grotere groep Nederlanders dan ik dacht die de rondleiding mee liepen. Bij de ingang van het stadion vertelde John iets over het stadion. Het stadion staat er sinds 2005. De gemeente van Swansea financiert het voor een symbolisch bedrag van een pond per maand. Het wordt zowel door Swansea City gebruikt als de plaatselijke rugbyclub. We gingen eerst door een tunnel waar aan de muren foto’s hingen van de huidige spelers. De tunnel liep door totdat we bij het veld aankwamen. Het veld lag er mooi bij, zoals bijna elk veld in de Premier League. Het veld bestond uit een combinatie van gras en gravel. Bij het veld werden foto’s gemaakt van ons in de dug-out. We gingen daarna naar boven waar de persruimte was. We mochten op de stoelen zitten waar de trainers ook de vragen beantwoorden van de pers. Nog iets hoger was een ruimte waar gasten uitgenodigd konden worden voor een maaltijd voor de wedstrijd. Hiervoor hebben wij niet gekozen, maar we mochten wel even zien hoe het eruit ziet. Daarna kwamen we in een ruimte waar John wel erg trots op leek te zijn. Dit was een ruimte met een luxe bar en stoelen waar de eigenaars van de clubs van de tegenstander worden uitgenodigd. Hier zou hij de volgende dag de wedstrijd bekijken. Plagerig zei hij dat wij het ‘maar’ moesten bekijken op de tribune.
“Bafetimbi Gomis staat morgen in de spits. Maar dat is logisch.”
Daarna namen we een taxi terug naar ons hotel. Het mooie van de taxi’s die wij zagen in Cardiff en Swansea is dat er gewoon ook taxi’s rond rijden die een rolstoel meenemen. In Nederland moet je specifiek een rolstoeltaxi bestellen. Als er dus niemand in een rolstoel is die ze mee kunnen vervoeren dan vervoeren ze willekeurige andere klanten. Iets waar we in Nederland nog van kunnen leren.
Toen wij aankwamen in ons hotel maakten we ons klaar om wat te eten. We gingen naar de uitgaansstraten van Swansea. Dat waren maar twee straten, maar ze gaven wel veel lawaai. We kozen voor een echte Engelse pub waar het voetbal al op meerdere schermen te zien was. Er kon worden gedard en de inwoners maakten zich klaar voor een zaterdagavondje uit. Twintigers die gekleed gingen als vrouwen. Uiteindelijk hebben we daar wat drankjes gedronken en de wedstrijd van Arsenal uitgekeken. We besloten na alle uitgaansstraten te hebben bekeken toch in ons hotel te eten. We sloten de avond af met weer potje boerenbridge.
De volgende dag was de dag van de wedstrijd. Iedereen verheugden zich op de wedstrijd. Al was Floris weer aan het voorbereiden voor de vlucht terug naar Nederland. Hij kon geen dag later vertrekken omdat hij de dag erna echt moest werken. Na weer een stevige English breakfast kwam de spanning van de wedstrijd bij mij in ieder geval een beetje. Karel dronk de spanning een beetje weg door ’s ochtends vroeg al een whiskey te bestellen. Na wat samenvattingen van de wedstrijden van gisteren te hebben gekeken gingen we toch maar naar de bushalte om de bus naar het stadion te nemen. Omdat we een bus moesten laten lopen duurde het toch lang voordat de volgende bus kwam. We besloten daarom maar een taxi naar het stadion te nemen. Een Manchester City-fan, die ook lang op de bus zat te wachten, vroeg of hij de kosten van een taxi mocht delen. Uiteindelijk bleek het een hele gezellige man. Die vertelde dat hij dertig jaar geleden nog in Rotterdam had gewerkt.
Het mooie van toen wij dichterbij het stadion kwamen was dat wij Swansea City- en Manchester City-fans door elkaar zagen lopen naar het stadion. Dat zou je niet voor kunnen stellen in Nederland, waarbij de uitsupporters met hulp van de ME apart het stadion in worden gebracht. Eigenlijk erg jammer dat dit niet kan in Nederland.
Bij het stadion was er een aparte ingang voor mij. Mijn broers en vader moesten wel door de poortjes. Eenmaal door de poortjes kwamen we in een sfeer dat je in een Amerikaanse honkbalfilm vaak ziet. Je zat ongeveer onder het voetbalveld en kon daar nog je snacks of souvenirs aanschaffen. We moesten opschieten, want de wedstrijd begon bijna. We gingen naar de lift die ons naar boven bij het veld zou brengen. Als ik het vergelijk met de liften in de Arena was het opvallend dat het een liftje was voor één rolstoel. In Amsterdam klagen wij al dat onze liften maar drie rolstelen mee kan nemen. Nu moet wel gezegd worden dat de Arena in totaal maar vier liften heeft. Twee aan de noordkant en twee aan de zuidkant. Er waren volgens mij veel meer van dit soort kleine liftjes in het Liberty Stadium. Ik moet zeggen dat we relatief snel boven waren, terwijl het in de Arena soms wel een half uur kan duren voordat je boven of beneden bent.
Toen we boven waren zagen we dat de rolstoelplekken redelijk dicht bij het veld waren. Sinds 2002 kun je in de Arena ook achter het doel zitten. Als trouwe seizoenkaarthouder werd toen mij de mogelijkheid geboden om daar te gaan zitten. Ik had daar geen interesse in. In De Meer heb ik ooit dicht bij het veld gezeten en kwam ik tot de ontdekking dat het wel leuk is dat je de spelers bijna kan aanraken, maar een overzicht over het veld heb je niet meer. Omdat de rolstoelplekken in het Liberty Stadium toch iets verder van het veld staat is het overzicht er nog wel. Je kon het spel juist heel goed overzien.
En wat was er veel goed te overzien. Wat wil je ook als je naar een competitiewedstrijd gaat van de grootste competitie ter wereld. Hier gaan echt miljarden per jaar in om. Manchester City heeft echt heel veel geld te besteden. Je zag dit ook werkelijk terug in het spel. Yaya Touré en Sergio Agüero waren zo magnifiek. Je zag echt dat Yaya Touré ontzettend belangrijk is voor Manchester City. Hij was echt de leider op het veld. Hij gaf echt de instructies en bepaalde de lijnen. Al was Swansea City echt niet veel slechter, je zag duidelijk dat Manchester City beter was. Het was zo’n hoog tempo. In Nederland zou dit echt onvoorstelbaar zijn. Het aparte was echt zo dat Swansea City ook echt goed was. Gylfi Sigurdsson en Bafetimbi Gomis waren ook zo belangrijk voor Swansea City. Wat een beer fan een vent is die Gomis. Bony zullen ze echt niet meer missen. Toen Bony aan het einde van de wedstrijd nog wat speelminuten kreeg van Manchester City was het toch opvallend dat hij niet uitgefloten werd door het Swansea-publiek, maar applaus kreeg. Alleen toen hij nog een kans miste reageerden het publiek daar natuurlijk wel op. Uiteindelijk won Machester City met 2-4. Het publiek accepteerden de uitslag, want Swansea City had wel mooi spel laten zien.
Het ging er extreem vriendelijk aan toe. Ook toen we het stadion weer verlieten. Het stadion uitkomen ging vrij snel, maar daarna wachten op een bus die ons weer naar het hotel kon brengen duurde langer. De bussen zaten namelijk extreem vol. Uiteindelijk was er een vriendelijke chauffeur met Indische afkomst die beloofde wanneer hij de mensen die hij nu in zijn taxi had had afgezet weer terug te komen. En hij hield aan zijn woord. Hij werd nog wel aangesproken door de politie omdat hij ons oppikte op een plek waar alleen bussen mochten komen. Maar de politie streek over zijn hart.
Toen we eenmaal aankwamen in ons hotel maakten we ons klaar voor onze laatste avond van onze trip. Morgen zouden weer terugvliegen naar Amsterdam. We gingen onze laatste avond besteden in een pub kijkend naar de wedstrijd van Manchester United. De sfeer in een pub in Engeland is geweldig. Zoals het in pubs of cafés in Amerika echt om het honkbal kan draaien draait het hier echt om het voetbal. Engelsen of Welshmen zijn ook ontzettend vriendelijk. Iedereen praat met iedereen en iedereen mag zijn mening verkondigen over de wedstrijd. Zo kwamen we aan de praat met een Engelsman, die wel in Swansea woonde. Hij was ook voor Swansea City, maar voornamelijk voor Manchester United. Toen hij er achter kwam dat wij Nederlanders waren kon hij niet stoppen met praten over Van Gaal en Van Persie. Maar voornamelijk over Van Gaal. Hij verkondigde wat de Engelsen over Van Gaal dachten. Ze hadden toch meer respect voor hem dan ik dacht met al die toch vreemde uitspraken die Van Gaal doet in de Engelse media. Maar volgens mij dikken programma’s als Voetbal International/Voetbal Inside het ook een beetje aan. Naar mijn mening overdrijven ze het ook echt in dit programma. Van Gaal blijft voor mij altijd een held na wat hij gedaan heeft bij Ajax in 1995. Na de wedstrijd, die Machester United maar net won, gingen wat eten in de pub. Na het eten besloten we toch weer terug te gaan naar ons hotel. Het was toch een indrukwekkende dag.
De volgende dag stond onze trouwe Jazz klaar om ons naar Bristol te brengen waar we weer een vlucht naar Amsterdam hadden. Het liep vrij soepel allemaal. Natuurlijk duurde het weer wat langer door het inchecken met een rolstoel, maar dat was ingecalculeerd. Aan het eind van de middag waren we weer in Amsterdam. Het waren maar vijf dagen, maar het heeft bij mij veel indruk gemaakt.
Het was mooi om een andere voetbalcultuur te leren kennen. In Engeland draait het toch meer om voetbal. Ze praten en kijken er in de pubs graag naar. Ze discussiëren meer over voetbal ook al ben je voor een andere club. Ze vechten veel minder met elkaar. Natuurlijk waren er veel hooligans en vechtpartijen twintig jaar geleden, maar door onder andere zwaardere straffen is de hele sfeer veranderd. Nederland zou een voorbeeld moeten nemen aan Engeland. Ook vond ik het mooi om te zien hoe hier met toegankelijkheid omgegaan wordt voor mensen met een beperking. Dat in een pub gewoon een invalide toilet is of dat je een taxi kan aanhouden die ik gewoon kan nemen. Natuurlijk is Amsterdam op de goede weg met de bussen, trams en metro die toegankelijk zijn. Maar er kan nog veel verbeterd worden. Daarnaast ben ik ook een beetje een Swansea City-fan geworden. Wat een fantastische start dit seizoen. Come on, Swansea!
Na dat ik één seizoen geen rolstoelhockey gespeeld heb begon het afgelopen zomer toch weer te kriebelen. Jaren was ik lid van Kennemer Keien een club in de buurt van Haarlem. Sinds ik twee jaar geleden naar Amsterdam ben verhuisd ben ik er achter gekomen dat het moeilijk was om op de zaterdagen tien uur aanwezig te zijn in de sporthal. Daarnaast waren de spelers waarmee ik speelde een stuk jonger. Hierdoor besloot in de zomer van 2010 om te stoppen bij mijn geliefde club. Afgelopen zomer begon het toch te kriebelen en ik besloot lid te worden van een club uit Zaandam.
Afgelopen zaterdag was de eerste competitiedag van het seizoen. En ik kwam er meteen weer achter wat dat betekent: haasten. Om kwart over 8 bel ik op om op te staan. Er bleken al oproepen voor mij te zijn, dus daarom moest ik wachten. Dit duurde wel drie kwartier. En ik werd steeds zenuwachtiger in mijn bed. Om 9 uur werd ik eindelijk geholpen. Dit betekende dat ik maar een kwartier had om op te staan. Half 10 had ik namelijk al een taxi. En ja hoor, om kwart over 9 ging de bel en stond de taxichauffeur voor de deur. Zonder te douchen, tanden te poetsen of te eten ging ik mee. Wel knap dat ik dat in een kwartier gered heb.
Toen ik in de taxi zat was er al een ander hockeygenootje in de taxi en daarna moesten we nog iemand ophalen. Nadat die persoon opgehaald was konden we richting de sporthal. De eerste competitiedag was bij mijn oude vertrouwde club in De Tetterodehal. Rond 10 uur hadden wij al bij de sporthal kunnen zijn, maar er waren veel wegen afgesloten. Hierdoor moesten we omrijden en waren we half 11 bij de sporthal. Goed genoeg, een half uur voor de eerste wedstrijd. Maar ondertussen begon mij maag wel te rommelen. Doordat ik weer oude bekenden zag moest ik even weer iedereen dag zeggen en had ik te weinig tijd om nog wat te eten.
Eigenlijk zou ik de tweede helft pas in het veld staan, maar omdat een teamgenootje te laat was moest ik haar plaats innemen. Uiteindelijk mocht ik de hele wedstrijd spelen. Dit betekende dat ik pas na de eerste wedstrijd wat kon eten. En ja hoor, half 12 en eindelijk kon ik wat eten bestellen. Het was ook niet druk aan de bar. Waarschijnlijk omdat er weer andere wedstrijden aan de gang waren. Lekker een broodje worst! Maar voor ik dat broodje zo goed en wel achter mijn kiezen had begon de volgende wedstrijd al.
En zo ging de hele dag door. Na die wedstrijd kwam snel de laatste wedstrijd. En na de laatste wedstrijd van ons moesten teamgenootjes nog fluiten. Ik wilde na afloop van de dag nog een drankje doen. Dit om mijn nieuwe teamgenootjes beter te leren kennen. Het drankje lukte, maar een kwartier later stond de taxi al klaar om mij naar huis te brengen. De sport rolstoelhockey is een leuke sport. Maar haasten van de ene wedstrijd naar de andere en weer naar taxi was iets wat ik even vergeten was.
Ondanks dat ik nu een mooie blog heb waar ik schrijf over verschillende onderwerpen is mijn doel nog steeds om een passende baan te vinden. Dit stond afgelopen week dan ook onder de aandacht. Zo had ik vorige week maandag een gesprek bij Price Waterhouse Coopers (PwC) en woensdag had ik een intakegesprek bij Cap100, de organisatie van Lucille Werner. Zij komt één keer in de zoveel tijd met een selectie van 100 getalenteerde mensen met handicap en introduceert deze mensen aan het bedrijfsleven.
Voor het gesprek met PwC moest ik weer een tocht maken door Amsterdam. Bijna weer aan de andere kant van Amsterdam. Het kantoor van PwC is in de richting van Station Zuid. Toen ik bij de metrohalte was die het meest dichtbij is was het niet ver meer rijden. Dit had het resultaat dat ik een uur te vroeg was. Ik heb namelijk moeite met mijn oriëntatie. Dit zorgt ervoor dat ik vroeger van huis vertrek omdat ik tijd incalculeer voor fouten tijdens het reizen. Als ik eenmaal een plek ken heb ik er geen moeite meer mee. Gelukkig kreeg ik koffie aangeboden en lag er een goede krant in de wachtruimte.
Vlak voor mijn gesprek moest ik toch nog even naar de toilet. Wat er voor zorgde Human Resource Manager al op mij zat te wachten. Na dat ik met de lift naar boven ging was er lange gang naar de bewuste kamer waar ik het gesprek zou hebben. Een organisatie als PwC heeft zelfs een grote lange verdieping over voor Human Resource. Het was een goed gesprek. Ik kon goed duidelijk maken waar mijn kwaliteiten liggen en wat ik in het verleden gedaan heb. Dit was wel een kennismakingsgesprek waaruit gekeken zou worden of er iets voor mij is. Daarnaast wil ze haar netwerk gebruiken om te kijken of collega HR-managers ook iets voor mij zouden kunnen betekenen. Op het einde van het kwam toch nog Marloes langs. Haar ken ik van ’t Vossenhol en zij heeft mij geholpen aan dit gesprek. We kwamen overeen dat zij bij de volgende Vossenholweek niet meer hoefde uit te leggen wat ze doet. Daarna stond weer een terugrit op mij te wachten met de metro.
Twee dagen later had ik alweer een gesprek. Nu met de Cap100 begeleidsters en dit was grappig genoeg bij Capgemini in Utrecht. Het zit in de naam. Cap100 wil steeds een groep van 100 talenten met lichamelijke handicap onder de aandacht brengen aan het bedrijfsleven. Ik weet niet of ik echt zo’n groot talent ben, maar ik zou graag werkervaring willen opbouwen bij een grotere organisatie. Daarnaast denk ik dat ik bij zo’n organisatie veel kan leren.
Alhoewel ik veel te vroeg aanwezig was in Utrecht kon ik vrij snel met gesprek beginnen. De vorige kandidaat was ook vroeger aanwezig waardoor dat gesprek al achter de rug was. Het was weer een goed gesprek. Ik krijg steeds meer ervaring in dit soort gesprekken. Ik voelde dat het een goed gesprek was en ik moet mij nu goed voorbereiden op de trainingsdag van volgende week.
Doordat het gesprek vroeger plaatsvond was het ook langer wachten op de taxi. Gelukkig waren er gezellige medepassagiers. En groep van gepensioneerde Amsterdammers. Dit waren echte Amsterdammers dat kon je horen. Ik vertelde dat ik nu bijna twee jaar in Amsterdam woon en dat mij zo beviel dat ik er nooit meer weg wil. Dat konden zij goed begrijpen. De dames woonden op IJburg en ik vroeg ook of dat beviel en niet waf afgelegen lag van de rest van Amsterdam. Maar ze woonden er prima en je bent zo in de stad. Wat een rit naar Utrecht niet kan opleveren.