Naar een inclusieve samenleving

Campagne De Zonnebloem. Dit bord bestaat niet, maar het staat bijna overal

Het voetbalseizoen zit er inmiddels op. Er is niet zoveel over te vertellen na het rampzalige seizoen van mijn Ajax. Vergeten en doorgaan. Dan maar tijd maken voor de Formule 1. Hier doet Max Verstappen het natuurlijk heel goed. Het is zelfs saai om naar te kijken. Hij wint alles vrij makkelijk. Dus ik volg de Formule 1 ook nog maar met één oog open. Er zijn misschien ook belangrijker dingen dan sport. Bijvoorbeeld een toegankelijke stad voor mensen met een handicap of een inclusieve samenleving in het algemeen.

Meedoen in de samenleving

Een vriend van mij kwam onlangs nog op AT5 om aan te tonen hoe ontoegankelijk openbare gebouwen, zoals cafés en restaurants, kunnen zijn in Amsterdam. Een probleem dat al jaren aandacht nodig heeft. We staan er wel voor open om er iets aan te doen, maar zolang het niet verplicht is om je pand toegankelijk te maken willen horecaondernemers hier geen geld voor uitgeven. De groep is domweg te klein waar je het voor doet. Daarnaast is er van 23 tot en met 25 juni de Freedom Fighters Festival in De Meevaart. Een festival dat draait om inclusiviteit. Dat iedereen mee kan draaien in de samenleving ook als je een handicapt hebt. En in dit geval specifiek gericht op de Indische Buurt.

Een festival voor inclusiviteit

Het festival zal bestaan uit verschillende workshops met als doel om de saamhorigheid en inclusiviteit te bevorderen. Workshops waarbij je samen gaat lachen, of een andere groep gaat weer dichten. Daarnaast wordt er vertelt over de inclusieve basisschool Ubuntu. Een school die ervoor iedereen zal zijn, welke economische, culturele achtergrond of handicap je ook hebt. Wat zal volgen met een debat over inclusief onderwijs. Hierbij staat de vraag centraal: ‘Kunnen kinderen met een handicap samen onderwijs krijgen met kinderen zonder handicap?’

Gesprek over inclusief onderwijs

Daarnaast kunnen bewoners van de Indische Buurt in gesprek met Jan-Bert Vroege, lid van het dagelijks bestuur van stadsdeel Oost en Lucia Biondelli, expert onderwijsinclusie bij de Verenigde Naties. Het VN-verdrag inzake rechten voor personen met een handicap geeft ook aan dat het discriminatie is als kinderen met een handicap en kinderen zonder handicap niet samen onderwijs kunnen krijgen. De gesprekken tussen Jan-Bert Vroege en Lucia Biondelli wordt geleid door José Smits van InclusiefOnderwijs.nl.

Mijn middelbare schooltijd

Tijdens mijn middelbare schooltijd zat ik op een mytylschool. Dit is een school voor kinderen met een handicap. Zelf zag ik het niet als een groot probleem dat ik op die school zat. Ik kreeg juist meer tijd voor alles. Zo kreeg ik tijd om eerst mijn mavo en daarna mijn havo te halen. Ze hadden juist meer tijd voor mij en ik denk dat ik daarom ook mijn havo kon halen. Maar inmiddels is dit meer dan twintig jaar geleden. En ik begrijp dat kinderen van nu met een handicap graag samen op school zitten met kinderen zonder handicap. Maar ook in mijn tijd had ik vrienden met een handicap die naar een ‘normale middelbare school’ gingen. Dus misschien is het ook gewoon wat je gewend bent.

Mijn studietijd

Na mijn middelbare schooltijd ging ik studeren aan de Hogeschool van Amsterdam. Toen kwam ik dus met studenten in de klas zonder handicap. Dit was voor het eerst in mijn leven en met groepsopdrachten vond ik het vrij lastig. In het begin kozen ze mij niet vaak in een groep. Dat ging later wel beter. Ik werd een stuk assertiever en ze wisten steeds meer wat ze aan mij hadden. Maar ik kan er wel inkomen dat als je op jongere leeftijd eerder samen met elkaar les hebt dat dit soort dingen soepeler gaat lopen.

Het kan nog inclusiever

Uiteindelijk zijn we de afgelopen jaren wel een inclusiever samenleving geworden. De vrienden die naar een ‘normale middelbare school’ gegaan zijn hadden nog geen ‘rugzakje’. Dus zij kregen geen extra aandacht. Maar het kan nog een stuk inclusiever. Kijk maar naar waar mijn vriend Tim aandacht voor vroeg op AT5. De meeste cafés of restaurants zijn nog niet toegankelijk in Amsterdam. En toegankelijkheid zorgt wel voor inclusiviteit. Dus misschien is dit festival vaan aankomend weekend wel hard nodig.

De Noord / Zuidlijn op de proef

Vanaf 22 juli rijdt eindelijk de Noord / Zuidlijn. Het heeft heel lang geduurd voordat de Noord / Zuidlijn in gebruik genomen kon worden. Toen ik in 2003 begon aan mijn HBO-opleiding was één van mijn eerste vakken Ontsluiting. Het onderwerp wat wij moesten ontsluiten ging over de Noord / Zuidlijn. Hieraan kan je al zien hoe lang het geduurd heeft.

Een toegankelijke lijn

Terwijl iedereen genoten heeft van een heerlijke vakantie afgelopen zomer heb ik de zomer door gewerkt. Ik heb een weekje vrij genomen in september, maar ik ben in de mooiste stad op deze aardbol gebleven. Deze week heb ik gebruikt om de Noord / Zuidlijn als rolstoelgebruiker uit te proberen.

Een Russisch kunstpaar

Het was woensdagochtend rond een uur of elf. Mijn ouders kwamen naar mij toe en namen hun Russische vrienden mee. Dit Russische paar waren kunstenaars uit St. Petersburg. Eerder waren ze bij mijn tante in Domburg. Zowel mijn tante als mijn moeder hebben een kunstachtergrond. Mijn tante heeft haar eigen museum in Domburg en mijn moeder is op latere leeftijd nog afgestudeerd aan de kunstacademie. In Rusland krijgt het paar niet zoveel opdrachten dus zijn ze een redelijk deel van het jaar in Europa. Zowel in Domburg als bij mijn ouders heeft vooral de man veel geschilderd. In ieder geval ging het paar mee naar Amsterdam. Na een koffie gingen zij hun weg.

Op pad met de metro

Mijn ouders en ik namen bij Rietlandpark de tram naar Centraal Station. Daar namen we de lift een flink stuk naar benden om lijn 52 te nemen, de Noord / Zuidlijn. We gingen eerst maar naar Noord. Er zijn tussen Centraal en Noord maar twee metrohaltes, Noorderpark en Noord. Je bent vrij snel in Noord. De raarste gedachten tussen Centraal en Noorderpark is dat je zo diep ’t IJ onder gaat. We stapten uit op Noord. Daar moet nog veel komen. Er staat een winkelcentrum, maar daar zitten nog weinig winkels in. En natuurlijk is daar ook het stadsdeelkantoor van Noord. Ik moet mijn collega’s daar nog steeds bezoeken. Omdat er voor de rest daar (nog) niet zoveel te beleven is namen we metro maar naar Zuid.

De Gordon Gekko’s van Amsterdam

Het mooie is dat je binnen twintig minuten in Zuid bent vanaf Noord. Wat best snel is. In Zuid zitten natuurlijk de zakenmensen van de Zuidas. Het is een doordeweekse dag. Dus iedereen is bezig met hun werk. Dat merk je heel erg bij dit station. De Zuidas is erg gericht op de werkende vrouw en man. De mensen lijken geen aandacht te hebben voor een ander. Het is hier net de Wall Street van Amsterdam. Ik krijg hier altijd het beeld van Gordon Gekko. Juist een plek om goed te kunnen lunchen.

Archeologische vondsten

Metrostation Rokin zou heel bijzonder moeten zijn. Onder de grond was hier namelijk archeologische vondsten gevonden en een deel zijn te bezichtigen in de muren van dit station. Maar het bleek dat de lift naar de Noord / Zuidlijn stuk was, dus we moesten lijn 51 nemen. Toen we eenmaal bij de Weesperplein waren besloten we toch maar naar huis te gaan. Halverwege deze maand heb ik voor de tweede keer de Noord / Zuidlijn genomen. Het was naar het stadsdeelkantoor van Zuid. Deze keer had ik geen problemen met de lift. Het was voor mijn werk, dus ik had geen tijd om station Rokin te bezoeken. Dat wordt nu een goede voornemen voor 2019. Naast het bekijken of alle stations goed toegankelijk zijn. Hierbij wens ik jullie allemaal dan ook een gezond 2019!

Geluk maak jezelf

Tijd gaat snel. De twee maanden proefplaatsing bij Isle Utilities zitten er alweer op. Ik heb besloten daar niet verder te gaan. Het was voor mij een uitdaging. Voor het eerst werken bij zo’n klein bedrijf. Doordat het zo’n klein bedrijf was gaf het mij extra verantwoordelijkheid. Ik was de enige met online kennis naast een applicatieontwerper. Dit gaf toch een bepaalde druk. Naast dat ik helemaal geen kennis had van watermanagement of het onderhoud van pijpleidingen. En dan kwam ook nog het reizen naar Heemstede om de hoek kijken.

Reizen naar mijn werk
Eerst ging ik met mijn rolstoel naar Amsterdam Centraal en daarna nam ik de trein naar Hoofddorp. Vervolgens moest ik weer een bus naar Heemstede nemen. Het kostte in totaal anderhalf uur voor een afstand van 30 kilometer. Ik ben zelfs een keer achterover gevallen met mijn rolstoel toen ik de bus wilde nemen.

Jezelf laten zien
Ondanks dat ik gevallen ben met mijn rolstoel weet ik dat ik niet bang moet worden en ik moet de bus blijven nemen. In Nederland moeten er nog zoveel stappen worden genomen om het openbaar vervoer echt toegankelijk te noemen voor mensen met een beperking. Als je ziet dat in steden als Cardiff en Swansea gewoon elk café invalidentoiletten hebben. Dat je gewoon een taxi kan aanhouden die een rolstoel mee kan nemen. Dan moet ik niet bang worden dat ik uit de bus ben gevallen. Je moet in het openbaar laten zien dat je mee wil doen in de maatschappij en gewoon die bus pakken.

Eerste stappen vooruit
Een eerste stap is al dat vervoersbedrijf RMC de taxi’s die in Groot-Brittannië gebruikt worden willen inzetten in het Aanvullend Openbaar Vervoer (AOV) in Amsterdam.
Ik zie dit nog steeds als eerste stap, want je krijgt deze taxi alleen als je een rit besteld. Uiteindelijk zouden deze taxi’s gewoon moeten rondrijden in de stad en zou je deze taxi moeten kunnen aanhouden. Een nadeel zal zijn dat deze taxi’s volledig elektrisch zijn. Dat is natuurlijk goed voor het milieu. Maar daardoor heeft het maar een capaciteit van 112 km. Dat is wel erg weinig voor een gemiddeld taxibedrijf.

Zoektocht gaat verder
Nu is de zoektocht weer begonnen naar een nieuwe uitdaging. Een uitdaging die te bereiken is met het openbaar vervoer. Deze uitdaging wil ik het liefst hebben binnen Amsterdam of omgeving. Het kan wel buiten Amsterdam. Als de werkplek maar vlakbij een bereikbaar station zit. Natuurlijk heb ik eerder in deze blog gezegd dat bus wil blijven, maar dat is dan vooral voor privéreizen. Door mijn ervaring bij Isle Utilities ben ik er achter gekomen dat een combi met trein en bus voor werk te veel is.

Geluk moet je nastreven
Geluk is iets waar ieder mens naar opzoek is. Soms duurt het even voor je dat ware geluk gevonden hebt. Ik wil niet zeggen dat ik dat geluk niet gevonden heb bij eerdere banen als Philips en Telfort. Het duurde misschien maar twee jaar en toen moest ik het weer ergens anders zoeken. Daarnaast ligt het geluk van een mens niet alleen bij zijn of haar werk. Alleen zou het voor mij mooi zijn om een wat langer verblijf te vinden waar ik mijn geluk kan vinden. Dit kost veel energie, maar ik ben ervan overtuigt dat ik dat ga vinden. Ik ben pas aan het begin van mijn zoektocht.

Kroegentocht voor de bewustwording

Het is eind mei. Het heeft dit jaar lang geduurd voordat het mooi weer is, maar vandaag is het dan echt zover. Het mooie weer slaat aan. Echt weer om een kroegentocht te houden. Geen kroegentocht waarbij het doel is drinken. Vandaag is het doel toegankelijkheid. Ik ga richting Zoey’s waar ik met vrienden van Onbeperkt Oost heb afgesproken. Zoey’s zit aan de ene kant in de richting van de Linnaeusstraat en aan de andere kant hoort het bij het winkelcentrum Oostpoort.

Het openbaar vervoer met visuele beperking
Nadat bijna iedereen is aangekomen bij Zoey’s is het nog even wachten op Erwin. Erwin heeft een visuele beperking. Hij is net uitgestapt uit tram 9. Hij woont in Park de Meer, waar vroeger het oude stadion van Ajax stond. Terwijl ik hem uit de tram zie lopen met zijn blindengeleide stok, vraag ik mij af hoe hij weet wanneer er een tram aankomt en wanneer hij moet instappen. Ik durf het niet te vragen, ik weet niet waarom.

Bewust worden
Het is zo belangrijk dat iedereen bewust is wat er komt kijken als je uitgaat met een beperking. Daarom houden wij, als Onbeperkt Oost, ook deze kroegentocht. Ik doe nu al een jaartje of vijf vrijwilligerswerk voor deze vereniging, maar nog steeds vind ik het moeilijk om zelf hier bewust van te zijn bij mensen die een andere vorm van een beperking hebben dan ik. Laat dus staan hoe moeilijk het is voor mensen die geen beperking hebben.

Aftrappen met drankje
We besluiten om op het terras van Zoey’s te gaan zitten aan de kant van het winkelcentrum. Daar is het wat koeler dan aan de andere kant. We nemen allemaal een drankje, nog niet alcoholisch. We blijven niet lang bij Zoey’s, want we hebben strak programma dat Els echt in de gaten houdt.

Goed toegankelijk
Er wordt wel even gekeken naar het invaliden toilet, dat Zoey’s als één van de weinigen heeft. Er zijn toch punten op aan te merken. Zo is het voor een rolstoelgebruiker handig om een staaf aan de binnenkant van de deur te hebben. Zo kun je als je in het toilet staat de deur dicht krijgen. Daarnaast er een verschoontafel in het toilet voor een baby, waardoor er minder ruimte voor de persoon met een beperking is om te draaien met je rolstoel.

Vriendelijkheid is erg belangrijk
We lopen via een steegje dat Nirwana heet naar de Oranje-Vrijstaatkade. Ik moet zeggen dat ik mij niet echt in mijn hoogste staat voel als ik door dit steegje rijd. Als we bij het terras komen van Blend Coffee & Wine zegt Erwin dat de stoeprand tussen de straat en het terras onduidelijk is voor iemand met een visuele handicap. De serveerster is ontzettend vriendelijk en haalt al snel de menukaarten te voorschijn. Ook één voor Erwin. Niet bij nagedacht dat hij de kaart toch niet kan lezen. Coen begint de kaart aan Erwin voor te lezen. Tegen de tijd dat wij onze eerste drankjes bestellen en ook hebben doorgegeven wat we willen eten vragen we toch aan de vriendelijke serveerster of zij Erwin de menukaart zou hebben voorgelezen als wij er niet waren. Natuurlijk zegt zij met alle vriendelijkheid: “Natuurlijk.”

Minder toegankelijk
Na dat wij heerlijk gegeten hebben kijken we nog even hoe ruim het binnen is. Het restaurant heeft een ruime ingang en ook de tafeltjes binnen zitten op een ruime afstand van elkaar. Even nog naar het toilet. “Nee, dat is geen invaliden toilet te noemen.” Het heren- en damestoilet zit ook nog eens heel dicht op elkaar. Sommige toiletten in restaurants hebben ondanks dat ze geen invaliden toilet hebben toch een redelijke ruimte waardoor je eventueel als mannelijke gebruiker je plasfles kan gebruiken. Hier is dat echt niet het geval.

Nog veel te doen
We gaan nog met z’n allen een drankje als afsluiting doen bij Poesiat en Kater. Terwijl dit café pas een jaar geleden opgeleverd is zitten de toiletten op eerste verdieping. De serveerder vindt dit erg vervelend. Je zou zeggen dat als het een jaar geleden is opgeleverd ze zeker rekening houden met de toegankelijkheid. Maar het is een monument. Dit zorgt ervoor dat er niet mag worden uitgebouwd. Er konden ook op geen andere plek toiletten worden geplaatst. Erwin vertelt dat hij hier al eens eerder heeft gegeten en dat toen de serveerster niet van dienst wilde zijn om zijn vis te ontgraten. Dit speet de serveerder ook. Hij zei er wel bij dat het soms erg druk is en de vis die zij serveren heeft veel graten. Dan zou er niet echt tijd voor zijn.

Goede ervaring om verder op te bouwen
Al met al was het een goede ervaring met Els, Frederieke, Coen en Erwin. Terwijl zij nog zitten na te genieten van het afsluitende drankje excuseer ik mij. Aangezien Poesiat en Kater geen invaliden toilet heeft ga ik toch richting huis. Het was een goede avond. Buiten het feit dat zeker nog niet alles goed aan het VN-verdrag voldoet, worden ze er in de horeca bewuster van dat er wat gedaan moet worden aan toegankelijkheid. Maar er zijn nog grote stappen te zetten.

Een week aandacht voor toegankelijkheid is niet genoeg!

wandelingtoegankelijkheid

Misschien is het je niet opgevallen, maar van 3 t/m 8 oktober was het de Week van de Toegankelijkheid. Reden voor mij om dit op een bepaalde manier onder de aandacht te brengen. Op 7 oktober reed ik richting de Stopera. Daar wachten een aantal fractieleden van D66 uit de gemeenteraad en Tweede Kamerlid Vera Bergkamp op mij. Zij wilden deze week ook onder de aandacht brengen en laten zien hoe belangrijk toegankelijkheid is om iedereen mee te laten participeren in deze samenleving.

Het is altijd een mooi ritje vanaf waar ik woon naar de Stopera. Je gaat via de Plantage Middenlaan langs Artis. Door deze prachtige klassieke dierentuin is het één van de groenste lanen dat Amsterdam rijk is. Eenmaal aangekomen bij de Stopera heb ik mij nog niet eens aangemeld bij de receptie of Christaan van Cliëntenbelang meld zich ook aan. Niet veel later komt Jan-Bert en we hoeven bijna niets meer te zeggen. We worden meegenomen naar de fractiekamer van D66. Toen we in de kamer kwamen was iedereen al aanwezig. Alleen stadsdeelvoorzitter van het Centrum, Boudewijn Oranje, kwam iets later binnen. We deden een voorstelrondje. Iedereen gaf aan op wat voor een manier zij bezig zijn met de toegankelijkheid te verbeteren.

Na het voorstelrondje gingen we over naar wat voor een obstakels in de openbare ruimte nu echt het belangrijkste zijn om aan te pakken. Vera Bergkamp trapte af met de toegankelijkheid van de metrohaltes. Amsterdam ligt al een tijdje open en er wordt flink aan de Noord- / Zuidlijn gewerkt. Hierdoor kun je op het moment niet gebruik maken van de lift bij de metrohalte op het Waterloopplein vlakbij de Stopera. Een ander punt die besproken werd is het uitbreiden van terrassen van restaurant- en café-eigenaren. Hierdoor is er veel te weinig ruimte op de stoep. Ook bloembakken van bewoners zorgen voor te smalle stoepen. Maar ook te smalle stoepen op zich en te steile hellingen passeerden de revue.

Nu was het tijd voor de wandeling. Bij een zebrapad kwam er al een punt naar voren. De drukknop om aan te geven dat je wil oversteken zat te hoog. Daarnaast was de tussenstoep bij het zebrapad erg smal. Na het oversteken wilde Christiaan het gebouw van Academie van Bouwkunst ingaan. Terwijl ze hier studeren om architect te worden is het gebouw een voorbeeld van ontoegankelijkheid. Op de begane grond is het nog toegankelijk en heeft het zelfs een invalide toilet. Maar dan is er verderop toch een trede om verder te komen. Ook de hogere verdiepingen kun je alleen bereiken via een trap.

Na het bezoeken van de Academie gaat de wandeling weer verder buiten. We maakten een wandeling rondom de Stopera. Alle punten die we in de fractiekamer bespraken kwamen we tegen. Een parkje dat alleen via traptreden te bereiken was. Bij metrohalte Weesperplein was een voorbeeld van een hele smalle stoep waardoor je wel verplicht was de weg op te gaan. Daarnaast ging de weg ook nog eens heel steil onder een brug door. We liepen weer terug richting de Stopera. Daar kwamen we ook een voorbeeld tegen waarbij een bloembak midden op de stoep is gezet. De bewoner zorgt hierdoor er ook nog eens voor dat hij/zij zijn eigen voortuintje creëert door de ruimte tussen zijn woning en de bloembak. Dit is zelfs eigenlijk helemaal niet zijn eigendom, maar officieel openbare ruimte.

Wanneer we teruggekeerd waren bij de Stopera maakte Vera Bergkamp nog een filmpje om de Week van de Toegankelijkheid onder de aandacht te brengen van D66. Na dit filmpje ging iedereen weer zijn eigen weg. Ik nam weer de groene weg via Plantage Middenlaan. Een mooie afsluiting om aandacht te geven aan toegankelijkheid. De wandeling had ook al meteen effect. Raadsleden Jan-Bert Vroege en Meltem Kaya hebben een motie ingediend waardoor Amsterdammers strenger beboet kunnen worden door zomaar je fiets ergens neer te zetten. Hierdoor komen we vaak niet ergens langs. Maar dit is de eerste stap en er moeten nog vele stappen volgen.

 

Voorproefje voor de horeca

SONY DSC

Foto: Maarten Doedes

Het is een vrijdagmiddag. De Linnaeusstraat maakt zich op voor weer een nieuwe uitgaansavond. Ik wacht bij The Manor Hotel op de rest van mijn vrienden van Onbeperkt Oost. Ik vind het altijd een beetje vreemd om voor een hotel te staan terwijl het doel niet is om er te overnachten. Alsof de portier mij weg wil sturen. Mijn eigenaardige eigenschap is dat ik soms wel een kwartier eerder ben dan afgesproken. Maar als ik daar eenmaal ben sta ik daar voor de deur te wachten en eigenlijk te niksen. En dan ga ik dus afvragen of mensen, zoals een portier, mij niet vreemd vinden.

Gelukkige heeft Annemarije, de journaliste van de Dwars die een stukje gaat schrijven over onze avond, ook deze eigenschap. Even later komt Dror uit het hotel lopen. Hij heeft hier kennelijk geen last van. Hij zat al aan een tafeltje en had al een drankje besteld. Vandaag is het doel om dit hotel en twee andere restaurants/cafés te testen op zijn toegankelijkheid. Van 3 t/m 8 oktober is het namelijk weer de Week van de Toegankelijkheid en dit jaar wordt er speciaal aandacht gegeven aan de horeca.

Even later komen ook Jos en Maarten aangewandeld. We gaan zitten aan een tafeltje op het terras van The Manor. De sfeer is heel relaxed. Het is een mooie warme zomerdag, waarom zouden we ons druk maken. We bestellen allemaal een drankje terwijl wij wachten op Frederieke. Na een half uur komt Frederieke aanwandelen. Ze vertelde over een begrafenis waarbij ze aanwezig wilde zijn. Ze had het doorgegeven aan Jos. Geen nood. We hadden nog de hele avond voor het testen van de verschillende tenten die wij aan zouden doen.

Frederieke bestelde ook rustig een drankje. Daarna maakten we ons klaar om toch binnen naar de toegankelijkheid te kijken. Toen we naar binnen liepen via de hoofdingang van The Manor wilde Maarten eerst nog wat foto’s maken van hoe we naar binnen liepen.

The Manor Hotel is een goed toegankelijk hotel. Het heeft een ruime ingang. Als je naar het restaurant loopt is er in het midden een bar. Links en rechts van de bar zijn tafeltjes en stoelen voor de restaurant. De tafeltjes rechts van de bar zijn meer bedoelt voor een drankje en de tafeltjes links van de bar meer om iets te eten. Na de toilet ook te hebben gecheckt gingen we aan een tafeltje rechts zitten. Dror vond dat het misschien wat lichter mocht zijn in het hotel. Daarnaast vond ik dat ze wel een handvat aan de binnenkant van de deur mochten plaatsen van het toilet. Hierdoor kan je de deur van binnenuit sluiten als je in een rolstoel zit. Maar dit waren maar details. Voor de rest was het een ontzettend toegankelijk hotel. Ook genoeg ruimte tussen de tafeltjes.

We gingen nu de straat op richting het restaurant waar we wilden eten. Eigenlijk wilden we bij De Biertuin eten, maar daar was het zo druk. Dus liepen we verder naar Louie Louie. Het restaurant zelf was niet toegankelijk, er waren treden om binnen te komen. Maar we gingen wat eten aan het terras. Op het terras stonden van die campingtafels waarbij de banken aan de tafels zitten. Niet ideaal voor mensen in een rolstoel. Je kunt met je rolstoel dan alleen aan de kop zitten, waardoor je veel ruimte in beslag neemt van het gangpad.

Er zijn twee soorten van toegankelijkheid te onderscheiden. Fysieke en sociale toegankelijkheid. Fysieke toegankelijkheid gaat om of je ergens binnen kan komen, kun je overal komen. En sociale toegankelijkheid gaat om of je ergens welkom bent. Na het eten bij Louie Louie hebben we nog een drankje genomen bij Spargo om de avond af te sluiten. Spargo heeft een terras dat fysiek niet zo toegankelijk is. Er staan te veel tafeltjes op het terras, er is weinig ruimte om aan een tafeltje te zitten. Maar Spargo is wel sociaal toegankelijk. Dit houdt in dat de serveersters er alles aan wil doen om je toch op het terras te krijgen. Ze verschuiven tafels zodat het toch mogelijk is om aan een tafel te zitten met uiteindelijk een lekkere goudgele rakker in je hand.

Het was een mooie avond. Waarbij het heel gezellig was maar daarnaast ook nuttig om goed naar de toegankelijkheid te kijken. Een mooi voorproefje voor tijdens de Week van de Toegankelijkheid.

Summer in the city. Ook voor toeristen

15458620785_df2c7240cd_z

Het is zomer in de stad. Amsterdam heeft wat meer tijd nodig voordat het doordrongen is van de zomer. Op een donderdagmiddag werd ik opeens gebeld door Disability Studies. Ooit ben ik wel eens bij een event geweest van hun op de Vrije Universiteit. Het doel van deze organisatie is het creëren van in een inclusieve stad of gemeente. Dus een stad of gemeente waarin iedereen kan meedoen, beperking of niet zonder drempels.

Ik wist dat deze stichting veel internationale contacten heeft. Het doel is namelijk in zoveel mogelijk gemeentes over de hele wereld voor inclusie te zorgen. Er waren namelijk Wit-Russische toeristen met een beperking in de stad. Deze toeristen wilden meer weten over de toegankelijkheid in deze stad en de mogelijkheid van reizen met het openbaar vervoer. Of ik morgenavond in hun hotel hier iets over wilde vertellen? José Smits, van Inclusie Nederland en die ik onder andere ken van het Freedom Fighters Festival, adviseerde om dit aan mij te vragen. Blijkbaar werd ik gezien als een ‘expert’ op dit gebied.

Zo gezegd, zo gedaan. Op die vrijdagavond nam ik de metro naar de Rai. Ze verbleven namelijk in Motel One. Nu ben ik blijkbaar wel een ‘expert’ op het gebied van toegankelijk, maar aan mijn oriëntatiegevoel moet ik nog iets doen. Zo heb ik nog een tijdje rondom de Rai rondgezworven totdat ik er achter kwam dat het hotel eigenlijk al de hele tijd vlakbij de metrohalte was. Een kwartier later dan afgesproken kwam ik het hotel binnen. Desondanks werd ik vrolijk begroet.

Het groepje dat een gesprek met mij wilde bestond uit twee personen en daarnaast hun begeleiding. De één was voorzitter van de Wit-Russische invalide gemeenschap en de ander werkte voor een vereniging voor rechten voor mensen met een beperking. Alleen konden ze beiden niet Engels dus een begeleidster vertaalde de hele tijd. Dus via haar werden de vragen aan mij gesteld. Dit duurde soms wel even, want ze hadden soms een lange intro voordat ze de vraag stelde. De eerste vragen waren over de organisatie waarvoor ik dit deed. Waar ik niet echt op voorbereid was aangezien ik nog maar één keer bij een event was geweest. Mij was verteld dat ze vooral wilde weten hoe toegankelijk Amsterdam is en het reizen binnen de stad. Later kwamen er vragen over de toegankelijkheid en het openbaar vervoer in de stad.

Ik vroeg aan ze hoe lang ze hier al waren. Het bleek dat ze gisteren aangekomen waren. Ze waren tot nu toe alleen bij het toeristische gedeelte rondom het Rijksmuseum geweest. Dit hadden ze gedaan met de touringbus waarmee ze ook hier naar toe gereisd waren. Misschien was het leuk om de komende dagen ook nog het openbaar vervoer uit te proberen. In Minsk bleken ze niet deze mogelijkheid te hebben.

Het is voor mij toch altijd weer een bewustwording. In Nederland vind ik dat het zoveel beter kan, zeker op het gebied van toegankelijkheid van openbare gebouwen. Maar andere landen kennen helemaal niet de mogelijkheid van openbaar vervoer die wij op het moment hebben of de mogelijkheid van goed onderwijs. Zo was er een Belg bij het Freedom Fighters Festival die vertelde dat in geen enkele stad in België het openbaar vervoer toegankelijk is. Zelfs niet in Brussel. Je zou zeggen bijna de hoofdstad van Europa. Die moet toch het goede voorbeeld geven.

Het was leuk gevraagd te zijn om dit te doen. Altijd leuk om weer nieuwe vrienden te maken. We hadden nog wat contactgegevens uitgewisseld en ik moest zeker een keer Minsk bezoeken. Ik besloot maar weer de metro naar huis te nemen. De stad is nu echt doordrongen van de zomer. Een mooie tijd om gebruik te maken van de vrijheid van het openbaar vervoer.

Samen kom je tot oplossingen

freedomfightersfestival

Na alweer een maandje flink thuis zoeken naar een nieuwe uitdaging hield ik afgelopen weekend even rust met het zoeken. Het was afgelopen weekend een interessante en leuk weekend. Ik was deelnemer aan het Freedom Fighters Festival. Het festival was georganiseerd door een goede vriendin Thiandi Grooff. Doel van het festival was bewustwording van de rechten van mensen met een beperking.

Thiandi heb ik geholpen met hoe ze het festival het beste kon promoten via Facebook. Buiten dat was ik niet betrokken bij de organisatie. Dus toen ik vrijdagavond naar De Meevaart reed wist ik niet wat ik kon verwachten. Tot mijn verrassing waren er veel buitenlanders bij betrokken uit onder andere Engeland en Ierland. Een verrassing omdat het festival binnen Stadsdeel Oost plaatsvond en de dag erna zouden we in gesprek gaan met lokale politici.

Al met al kan ik zeggen dat het wel een leuke verrassing was. In de tuin van De Meevaart stelden iedereen zich voor. Tijdens het voorstellen voelde ik al meteen dat er klik was. Engelsen hebben ontzettend goed gevoel voor humor. Daarnaast raakte ik aan de praat Joe. Hij verontschuldigde zich letterlijk voor zijn ‘ domme’ landgenoten dat ze voor de Brexit hadden gestemd. Naar een lekker Indische maal gingen we richting park Frankendael. Hier keken op een groot scherm naar de opera “Schoppenvrouw” van Tsjaikovski. De aandacht voor de opera was niet groot en morgen zou het een drukke dag worden. Dus de meeste besloten al snel naar huis te gaan of hun hotel.

De volgende dag ging ik weer richting De Meevaart. De groep zat al te wachten voor het verhaal van Anthony. Anthony komt uit Ierland. Tegen zijn wil in en die van zijn moeder is hij daar geplaatst in een instelling. Twee jaar heeft hij in die instelling gezeten. Tegen zelfs het advies van zijn dokter kreeg hij medicijnen die juist epilepsie veroorzaakte. Joe hielp de moeder van Anthony. Hij overtuigde de buurt waar Anthony opgroeide van de ernst van de situatie. Hierdoor ontstonden protesten die er uiteindelijk voor zorgden dat Anthony ontslagen werd uit de instelling. Tegenwoordig woont hij op zich zelf. Hij wil graag reizen maken om zijn verhaal te vertellen aan de buitenwereld.

Na dit indrukwekkende verhaal maakten we ons klaar voor het gesprek met de politici. Terwijl ikzelf helemaal niet gewend ben om te protesteren schreven we teksten op die we tijdens de mars naar het Centrum voor Beeldende Kunst omhoog zouden houden. Uiteindelijk had ik toch een tekst meegenomen tijdens de mars met: “Our voices must be heard”. Het gesprek met lokale politici was erg goed. De partijen die aanwezig waren SP, GroenLinks, PvdA en D66 vertelden eerst waar hun partij voor stond om de positie van mensen met een beperking te verbeteren. Daarna vertelden ze wat hun doelstellingen zijn voor de komende jaren. De vragen uit het publiek varieerde over toegankelijkheid tot kansen op studie en werk. Maar ook de mogelijkheden voor mensen met een (lichte) verstandelijke beperking om les te krijgen in het reguliere onderwijs. Alle partijen gaven aan dat hier nog grote stappen in te maken zijn.

Na dit gesprek werden we bij vriendschap community Assadaaka getrakteerd op een lekker maal. Assadaaka heeft juist als doel om integratie en participatie te laten slagen in ons land en speciaal in Amsterdam-Oost. Een heel goed doel. We moeten juist verbinden in deze tijd om met oplossingen te komen. Daarom is de Brexit ook zo erg. Juist met een samenwerking van een groot EU kan iedereen participeren in de samenleving. Het waren twee mooie dagen waarin ik goede nieuwe vrienden heb gemaakt.

Eerste stap naar toegankelijkheid

3289866245_842e64e28f_z

Wat was vorige week donderdag, 21 januari, een mooie dag voor gehandicapt Nederland. Het amendement van Otwin van Dijk om toegankelijkheid voor mensen met handicap te verplichten was aangenomen door de Tweede Kamer. Natuurlijk een hele grote stap voorwaarts. Voorheen werd het VN-verdrag inzake rechten van personen met een handicap alleen geratificeerd. Nu zijn er ook verplichtingen aan gesteld.

Natuurlijk ben ik hier hartstikke blij mee, maar we moeten ons wel beseffen dat dit pas een eerste stap is naar toegankelijkheid. Het amendement geeft aan dat toegankelijkheid een vanzelfsprekendheid moet worden. Dit zou al een hele grote stap vooruit zijn. Hoe vaak is het mij niet overkomen dat ik naar een openbare gelegenheid ga, een restaurant, en de eigenaar van het restaurant heeft er zelfs nooit over nagedacht. Of ik reserveer ergens en ik vraag of het restaurant rolstoeltoegankelijk is. Ze bevestigen dat, maar als je aankomt zijn ze even dat ene treetje vergeten. Hopelijk gaan openbare gelegenheden hier nu beter over nadenken. Dit zou dus een mooie stap zijn.

Het is logisch dat het voor een historisch gebouw moeilijk is om aan deze verplichting te voldoen en dat het voor een ondernemer niet te doen is om zijn pand van de ene op de andere dag toegankelijk te maken. Daarom zie ik het als een eerste stap. Ik kan namelijk in het amendement niet terugvinden hoelang een ondernemer er dan over mag doen om zijn pand wel toegankelijk te maken. Wat wel opgenomen is zijn regels waar een ondernemer aan moet voldoen om het pand toegankelijk te maken.

Daarnaast was het voor mij ook onduidelijk wat er wordt bedoeld met“ informatie en communicatie , op zo’n manier toegankelijk maken dat het voor een zo divers mogelijke doelgroep gegarandeerd wordt”  Wat voor een verplichtingen hebben website hierdoor, zoals mijn werkgever Telfort, om de website toegankelijk te maken voor bijvoorbeeld slechtzienden of blinden? Wat is een zo divers mogelijke doelgroep? Het is mij niet duidelijk. De W3C-toegankelijkheidsrichtlijnen geeft dus nog steeds richtlijnen. Het is nog steeds geen verplichting.

Het lijkt of ik helemaal niet blij ben dat dit amendement is aangenomen. Dat ben ik zeker. Alleen zijn er nog zoveel stappen te nemen en om de volgende stappen te nemen moet je ook wat kritiek kunnen geven. Zo kijk ik echt uit wanneer dit amendement in werking is vanaf 1 januari 2017. Zo ben ik benieuwd wat dit gaat betekenen voor de Amsterdam Arena. Vanaf dat de Arena bestaat heb ik al een seizoenkaart. Met veel plezier ga ik naar iedere thuiswedstrijd. Alleen is het probleem vanaf het begin al de liften voor de rolstoelgebruikers. Toen ik in het begin een affiche las over de Amsterdam Arena stond daar in dat iedereen de Arena binnen 20 minuten kan verlaten. Nou, voor een rolstoelgebruiker kan dit wel drie kwartier tot een uur duren. In het begin waren er maar twee liften. Eén aan de noord- en één aan de zuidkant. Vanaf 2002 zijn er ook achter het doel rolstoelplekken gekomen en is er zowel aan de noord- als zuidkant een lift bijgekomen. Maar er zijn dan ook meer rolstoelplekken gekomen. Tijdens het verlaten van het stadion gaan deze twee liften dan ook alleen maar heen en terug van de verdieping waar de rolstoelgebruikers zitten achter het doel. Wij, die zitten tussen de eerste en tweede ring, zijn nog steeds afhankelijk van de twee kleine liften die er al waren vanaf het begin.

Zal dit amendement betekenen dat de Arena grotere liften moet plaatsen? Waar in ieder geval twee elektrische rolstoelen naast elkaar kunnen staan? Ik ben dus benieuwd of onder andere de Arena vanaf 1 januari dingen moet veranderen op dit gebied. Maar ook of andere openbare gelegenheden toegankelijker worden. Tijd zal het leren. Maar wat het amendement al zegt niet van de ene op de andere dag. Dit is de eerste stap van de vele die er nog moeten komen.

Reizen met een beperking. Een natuurlijkheid

6195161973_8ea76630e7_z

Het is een vrijdagavond eind juni. Ik ben op weg naar een zomerborrel van D66. De borrel is op het Science Park. Hier kom ik weer de mensen tegen waarmee ik in het campagneteam gezeten heb voor de gemeenteraadsverkiezingen. Daar hoorde ik dat deze zomer er weer aan de Noord/Zuidlijn zou worden gewerkt. Hierdoor kon je maar tot Station Zuid met de metro. Om dus naar mijn werk te komen in Sloterdijk moest ik dus weer de bus nemen.

Vorige zomer werd er ook al aan de Noord/Zuidlijn gewerkt en kon je ook maar tot Station Zuid. Toen nam ik ook de bus en was het voor de chauffeurs vrij nieuw dat iemand in een elektrische rolstoel de bus wilde nemen. Soms werd ik helemaal geweigerd. Of ze zeiden dat een rolstoeltaxi voor mij bedoeld was. Hierdoor had ik vorig jaar ook al over dit onderwerp geschreven. Dit leidde er toe dat mijn blog onder ogen kwam van Inge Vermeulen, directeur Operatie van het GVB. Zij wilde naar aanleiding van mijn stuk graag een gesprek met mij.

Het was een goed gesprek. Zij heeft destijds duidelijk gemaakt dat ik gewoon met de bus mee mag. Zie de blog van begin dit jaar. Daarnaast heeft ze nog meegereisd met de bus naar mijn huis. Toch koos ik ervoor om na die zomer gewoon weer met de metro te reizen. Dit omdat ik dan geen discussie had met de chauffeurs of ik mee mocht. Afgelopen zomer was ik weer gedwongen de bus te nemen. En ik moet zeggen het ging heel goed. De meeste chauffeurs wilden mij meenemen. Ze vonden het daarnaast niet gek dat ik mee wilde. De oude bussen, waarmee je met de hand de plank moest uitleggen, waren daarnaast uit het straatbeeld verdwenen. De chauffeurs hoeven nu alleen via een knop bij hun stuur de plank elektronisch uit te laten klappen.

Het komt erop neer dat ik ook na de werkzaamheden aan de Noord/Zuidlijn er gewoon voor koos met de bus te blijven reizen. En dat gaat heel goed. De meeste chauffeurs zijn vriendelijk. Niet altijd weten ze hoe ze de plank uit moeten leggen. Dan geef ik aan dat je de motor moet starten. Deur dicht dan schuift de plank eruit en daarna deur weer open.

Chauffeurs hebben het moeilijk. Allerlei reizigers die boos worden op ze. Dit moeten ze ook maar verdragen. Ondanks dat willen ze mij graag helpen en willen ze ervoor zorgen dat iedereen mee kan met de bus.

Vijftien jaar geleden was ik in de Verenigde Staten en toen zag ik al hoe ver ze daar waren. In Portland kon ik gewoon de trein inrijden zonder dat er een plank uitgelegd hoefde te worden en in New York nam ik de bus. Medereizigers vonden het niet vreemd. Het koste tijd om mij in te laden, maar dat accepteerden de reizigers. De bus in New York koste toch tijd en als ze haast hadden moesten ze maar een ander vervoermiddel kiezen. Mijn vader zei dat Europa zo’n tien jaar achterliep op dit gebied. Wat bleek is dat het wel wat langer duurde.

Tegenwoordig in Nederland merk ik dat het wel nieuw is voor mijn medereizigers. Niet iedereen verwacht dat iemand in een elektrische rolstoel mee wil met een bus. Maar als ze dan eenmaal het elektrische plankje uit zien schuiven zijn ze verbaast en vinden het mooi dat dit kan.

Ik hoop dat in de toekomst er veel meer vervoersmiddelen toegankelijk worden voor mensen met een beperking. Onder andere dat je geen plank meer nodig hebt om de trein te nemen en dat er meer stations zijn waar je op kan stappen. Het moet voor iedereen een natuurlijkheid worden dat deze mensen willen reizen met het openbaar vervoer. Ik kijk er naar uit hoe dit zich gaat ontwikkelen in de toekomst.